Archief | maart, 2015

ONDERWIJS ANGELSAKSISCH

31 mrt

Aleid Truijens – met wie ik het vaak eens ben, me dunkt omdat ze weet waar ze het over heeft en omdat ze helder schrijft – becommentarieerde het voorstel voor onderwijs op maat dat nu circuleert. [VK 30.3.15]

Ze geeft aan dat dit onderwijs op maat er al is. Ook, dat de term niet koosjer is. Die suggereert namelijk dat intelligentie plus wat er uitkomt ‘van god gegeven is’ en zo de bijdrage van slecht/goed onderwijs negeert. Daarin heeft ze gelijk. Heer, laat er weer een onderwijsstelsel komen waarin onderwijs gegeven wordt door goede leerkrachten en deze leerkrachten grotendeels zelf de club besturen waartoe ze behoren!

In het stuk staat echter ook een rare opmerking. “Ik ben bang dat we, behalve de voordelen, ook de nadelen van het Angelsaksisch systeem gaan importeren: enorme verschillen in niveau tussen opleidingen.”

Juist het Angelsaksisch systeem kent onderwijs op maat en beoordelingsmaatstaven ‘op maat’. Je kunt er bv. A- en O-levels halen, naast elkaar.

Dat er daardoor universiteiten ontstaan die ‘van een hoog niveau’ zijn, vergeleken bij minder goede instellingen is niet waar. Veeleer hebben wij allemaal universiteiten van zogenaamd ‘hetzelfde niveau’ omdat dit politiek zo is besloten. En ze zijn niet eens van hetzelfde niveau – in de ene universiteit is de ene faculteit een stuk beter dan in de andere.

Helaas komen niet alle beste studenten terecht op die beste faculteit in hun vak… Daarvoor zorgt het Amerikaanse, en in mindere mate het Britse systeem nu juist wel. Getrapt komt de student daar via enkele instellingen terecht bij de universiteit waar zijn intellect en motivatie thuis horen.

Een goed, ruim bemeten en van het niveau van de student afhankelijk beurssysteem zou ervoor moeten zorgen dat afkomst geheel irrelevant wordt. En behalve de eis van een bepaald niveau op bepaalde of juist op alle vakgebieden, is een adequaat toelatingsexamen bij geen van de instellingen overbodig.

Let wel – dit schrijft iemand die in zijn jonge, rode jaren vond dat iedereen met een VWO diploma overal alles moest kunnen studeren. Hij is nog steeds rood, maar intussen ook wetenschappelijk geschoold – dus weet hij, via onderzoek en uit ervaring, dat die utopie niet functioneert. Vandaar.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog met ‘lyrische tekstjes’:
sierksmatwee.wordpress.com

SOCIAALDEMOCRATIE ALS SCHOOTHOND

30 mrt

Clevere VVD’er Zijlstra – werpt zijn schoothond Samson af en toe een kluifje toe, kan die even blaffen. Onderwijl worden Onderwijs, Gezondheidszorg en Woningbouw geheel volgens neoliberale principes om zeep geholpen.

Voorbeeld van het succes van het beleid van VVD-minister Blok: van fraaie sociale huurwoningen in Utrecht verhoogt de woningbouwvereniging, na vertrek van de vorige bewoners, de huren tot het dubbele. Einde van de sociale huurwoning. ‘Corporaties moeten meer geld ophalen om de overheidsbelasting op te brengen’, aldus VK [30.3.15]

“Wij zijn gedwongen pijnlijke keuzes te maken, door de [door Blok] opgelegde verhuurdersheffing.” Aldus directeur Klinkenberg van corporatie Bo-Ex. Wethouder Jansen: “Het barst in Utrecht van de succesvolle types. Maar er zijn ook armere bewoners, die geconcentreerd wonen in de wijken met de slechtste woningvoorraad. Dat proces wordt nu versterkt.”

De PvdA laat het passeren, zoals we in de fameuze Nacht van Duivesteijn mochten aanschouwen.

Gooit Zijlstra, zoals gezegd, de sociaaldemocraten af en toe een kluif toe – radicale immigratievoorstellen, of nu weer: een pleidooi voor vriendelijke bejegening van stabiele autoritaire leiders Denk aan de centjes, jongens! Een opmaat voor het bezoek van Rutte aan China – het land van de evergreen smile.

Zoek de Chinees!

Zoek de Chinees!

Kan Samson even hard blaffen – ‘en gaat over tot de orde van de dag’. Kost niks, maar geeft de ‘regeringspartner wat lucht’, kan die even kibbelen.

De illusie dat de PvdA er straks bovenop komt wanneer ‘de economie weer aantrekt’ wordt door de leden duchtig gekoesterd.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

DE DOOD ALS DETECTIVE

29 mrt

Anderhalve maand geleden bezocht ik al eerder het Rijks in Amsterdam – gewoon om, wat verlaat, de nieuwe inrichting en ‘mijn’ Rembrandts te gaan bekijken. Dit keer, twee weken geleden, ging ik er met mijn zwager heen voor de tentoonstelling De Late Rembrandt.

Onder ‘mijn’ Rembrandts valt ondermeer Titus met de Monnikskap. De eerste keer was die niet te vinden. Teleurgesteld zocht ik een tweede rondje – weg! Goed, het weerzien met de andere prachtwerken volstond, ik had er plezier in.

titus

Voorwaar – daar hing Titus – in de tentoonstelling De Late Rembrandt. Van het inrichten daarvan had ik bij mijn eerste bezoek geen weet, nu besefte ik dat Titus daar al in die andere zaal had gehangen, tussen de vele gasten van over de hele wereld. Gewoon wachtend op mijn tweede bezoek.

Zoiets overkwam me eerder met een doek van Delacroix. Om niet nader aan te geven redenen was ik op zoek naar diens Médéa, op het punt haar kinderen te doden.

Mijn collega en ik gingen voor tuinonderzoek naar Frankrijk, Delacroix was een persoonlijke side dish. Wat speuren vertelde me dat het doek in – of all places – Lille huisde. ‘Inderdaad’, zei de telefoniste, ‘die is in ons bezit, maar helaas op dit moment niet te zien’. Wat er dan aan de hand was? ‘Geen idee’.

Zeker een klap van Koolhaas’ mallemolen EuroLille gekregen, welk personeelslid van een museum weet niet waar de topstukken uithangen!

In Parijs, waar we voor de landschapschilderijen van Claude Lorrain in het Louvre moesten zijn, pikten we een grote tentoonstelling over de Romantiek in het Grand Palais mee. En – voorwaar – daar hing ze, in al haar gruwelijke schoonheid, klaar om uit wraak op haar man hun kinderen af te slachten. De Médéa! Het speuren naar Delacroix, de dood als detective.

Eugène_Delacroix_-_Medea_about_to_Kill_her_Children_-_WGA6198[1]

Als in het gedicht van P. N. van Eyck, waarin De Dood wacht op wie hij wil en waar de dode het zelf niet verwacht. Glimlachend antwoordt De Dood de baas van de tuinman, die om uitleg vraagt:

Geen dreiging was ‘t,
Waarvoor uw tuinman vlood. Ik was verrast,
Toen ‘k ’s morgens hier nog stil aan ’t werk zag staan,
Die ‘k ’s avonds halen moest in Ispahaan.

Parijs, mijn Ispahaan. Delacoix’ Nemesis als teken aan de wand. En niet te vergeten Titus, diens ijle hoofd onder die monnikskap, maar al jong gestorven toen Rembrandt zijn zoon schilderde. Alsof hij geboren werd om daar, op dat schilderij te eindigen.

Sierksma 29.3.15 Haarlem

MAAKBAARHEID

28 mrt

Hans Molenaar vindt dat de ECB met haar miljarden aan opkopen ‘haar hand heeft overspeeld’. “De economie beweegt in cycli en los van het beleid van overheden en centrale banken is de Europese economie begonnen aan een herstelfase.” [FD 27.3.15]

Onmiskenbaar iemand, die in de leer ging bij de achttiende-eeuwer Adam Smith, met zijn onzichtbare hand van de markt die wel zorgde voor evenwichten en zo.

De negentiende-eeuwer Marx wees er fijntjes op dat de ‘politieke economie’ van voor zijn tijd steeds opnieuw economische beweging ondergeschikt dacht aan natuurwetten, wetten zoals die in de natuur aan het werk zijn. Hij maakte duidelijk dat het om maatschappelijke zaken ging – economische bewegingen, die de resultante zijn van specifieke vormen van samenleven.

De kapitalistische samenleving levert ons Molenaars ‘cycli’ op – de resultante van allemaal individuele reacties op ontwikkelingen die samen overreacties of onderreacties vormen – en aldus die ‘cycli’. Dat echter ‘de’ economie, waar en wanneer ook maar, als natuurgebeuren zulke cycli vertoont, is onzin.

Of het ingrijpen van de ECB nu zinnig is, ik laat het in het midden. Maar economie is en blijft een politiek-maatschappelijk fenomeen; die zogenaamde economische ‘wetten’ zijn een fictie. En ook al lijkt het kapitalisme zich op de globe te hebben gevestigd – het blijft niets anders dan één der mogelijke maatschappelijke stelsels.

Een stelsel met soms individuele veroorzakers van alomvattende crises. Men denke aan de bankiers die willens en wetens miljarden rotzooi op ‘de mark’ flikkerden – en hele ‘economieën’ meesleepten in de val.

Een mevrouw in de rij op Schiphol die uren moest wachten op haar vliegverbinding – een oponthoud veroorzaakt door een enorme stroomstoring – wachtte gelaten. ‘Ze neemt het niet te zwaar op. “Uiteindelijk kon niemand hier wat aan doen.”’ [VK 28.3.15]

Precies dat is maar de vraag. Iemand veroorzaakte die ‘kortsluiting’ in een megacentrale. Een zogeheten menselijke fout.

Je hoeft niet direct om schuldigen te schreeuwen – mensen die dit direct doen, horen vaak bij de samenzweringsgekken. Maar dat er vaak aanwijsbare oorzaken bestaan, dat politieke beslissingen effect hebben in de economie of dat een stommiteit in een centrale resulteert in vliegvertraging, het blijft ook waar.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

INTEGRATIE VERSUS ASSIMILATIE

27 mrt

Inzake ‘vreemdelingen’ ligt het snijvlak tussen ‘links’ en ‘rechts’ op de grens tussen ‘integratie’ en ‘assimilatie’. Ook is in dit verband van belang of voorrang wordt gegeven aan wat een immigrant het ontvangende land te bieden heeft, dan wel aan wat het ontvangende land van de immigranten eist.

Ronald Schneider van Leefbaar Rotterdam zegt in een interview in VK 25.3.15: “Maar de norm is ondergesneeuwd geraakt. Niet integreren is geen optie.” Hij zegt, in antwoord op de journalistenvraag: “Wat verstaat u onder ‘de norm’”? het volgende:

“Dat je de taal leert. Dat man en vrouw gelijk zijn. Dat homo’s, hetero’s en transgenders volkomen gelijkwaardig zijn. Dat de vrijheid van godsdienst óók betekent om kritiek te hebben op religie of om openlijk te twijfelen aan het geloof. Dat vrouwen vrij hun partner mogen kiezen.”

In die formule zit één probleem besloten. Dat is het woordje ‘zijn’. Door van immigranten (en dus ook van al langer ingezetenen ‘Hollanders’ met malle ideeën) te eisen dat ze ervan uitgaan dat ‘man en vrouw gelijk zijn’ en dat ‘homo’s, hetero’s en transgenders gelijkwaardig zijn’, maakt Schneider een denkfout.

Wat je als principieel democraat en humanist van alle ingezetenen mag eisen – alle ingezetenen, dus immigranten maar ook ‘oud-landgenoten’ – is dat ze homo’s en hetero’s, mannen en vrouwen gelijk behandelen en hen niet discriminerend tegemoet treden. Dit zelfs, wanneer ze er van overtuigd zijn en blijven dat homo’s en hetero’s, mannen en vrouwen niet gelijk zijn.

Dit definieert integratie. Assimilatie eisen is echter hetgeen Schneider doet, ook als hij het integratie noemt. Hij eist dat een immigrant er andere opvattingen op gaat na houden, wanneer hij in een nieuwe samenleving wordt opgenomen. Niet alleen kan dit niet zomaar, misschien lukt dit nooit – het is ook onverdraagzaam.

Kwalijker voor het gehalte van de argumentatie van Ronald Schneider is, dat hij zichzelf in dezelfde passage op deze manier tegenspreekt. Immers, het vanzelfsprekend achten van kritiek op andermans geloof of zelfs aan alle geloof twijfelen, vooronderstelt die andere opvattingen als blijvend aanwezig.

Overigens ben ik het geheel eens met Schneiders ‘norm’.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

BLOW UP OF BLOWJOB

26 mrt

Het FD Persoonlijk is intens onpersoonlijk.

Het is een glossy bijlage die is bedoeld als spiegel voor rijken die op elkaar willen lijken. Met enige huiver sla ik zo’n blaadje open. Rijk ben ik niet, maar op deze manier rijk zijn – alsjeblieft niet.

Straks hangen er aan 35 wanden van 35 would-be rijken, dan wel 35 echte rijken, 35 precies dezelfde foto’s. Het topje van het Chrysler Building, door Teun Voeten opgenomen.

Het FD Persoonlijk ‘biedt lezers exclusief de mogelijkheid om de foto Chrysler in Cloudy Sky van Teun Voeten te kopen’. Afgedrukt worden ze als ‘archival pigment print’, op papier met de sjieke naam Hahemühle-barietpapier, gedaan door een ‘fotovaklab’.

DSCF1781

Prijs per foto 750 euro. Wil je er een lijstje bij: 875 euro. Maar het kan nog… persoonlijker – à raison van een extra 150 euro neemt de fotograaf de tijd en de moeite ‘om de foto persoonlijk af te leveren aan huis of kantoor in de Randstad. Hij vertelt dan graag meer over zijn werk.’ Pech dus als je in Assen woont en zo’n prent uit handen van de kunstenaar wilt ontvangen.

Want als kunstenaar ziet de fotograaf zichzelf. Zijn foto van het Chryslertopje – gewoon een foto van het Chryslertopje – ‘is daarmee (waarmee?) een van de eerste beelden die hij maakte in zijn serie over New York’.

Geen gewone foto – neen, een ‘gemaakt beeld’. Daar wil je natuurlijk graag meer over horen – van de fotograaf zelf. Postmodernisme in de kunstervaring is het zoeken naar de mens achter de auteur, de mens achter de kunstenaar. Pas wanneer je die mens hebt leren kennen, begrijp je zijn kunst, voelt die beter aan.

Vandaar al die eindeloze interviews in de media met schrijvers, kunstenaars, fotografen, cineasten en wat dies meer zij. Public relations, zeg maar, met een religieus tikje.

Postmoderne kunstervaring is een vorm van mystiek – de eenwording van kunstgenieter en schepper. Daarna volgt wederzijdse soul-searching. Haast u – Teun doet het maar 35 keer.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

DE IRONIE VAN VAN DE LATE REMBRANDT

25 mrt

Kijk eens naar dit portret – mijn lieveling. Het zelfportret van Rembrandt als de apostel Paulus.

unnamed

Een oude man kijkt je aan – een mengsel van lichte verbazing en zelfspot, waarom niet ook: van een welwillend medelijden met de kijkers, wij dus.

So what! lijkt hij te denken. Wat maakt het ook uit. Eraan gaan we toch allemaal, maak er het beste van en houd je verre van bemoeials en dikdoeners – de stakkers!

Zo’n ironist zal het me niet kwalijk nemen wanneer ik na jarenlange bewondering voor wat ik dacht te zijn De Perfectie, in zijn Staalmeesters opeens een picturale… fout ontwaar.

rembrandt_staalmeesters

Een meesterwerk is het. Op reproducties valt het voornaamste effect altijd weg – dat van de vooruitstekende tafel met de rode pers erop. Die geeft je instant het gevoel bij de heren aan tafel te kunnen aanschuiven. Als wachten ze daarop, de echte beraadslaging lijkt nog te moeten beginnen.

Trouwens – ook hier in de gezichten van deze mannen het ontbreken van gewichtigdoenerij. Ze gaan zitten om hun werk te doen. That’s it!

We weten dat de man in het centrum van het doek de minst belangrijke is – de bediende. Alweer die toets van ironie, Rembrandt eigen. Deze man heeft als enige van de afgebeelde zes geen hoed op.

Maar dacht Rembrandt wellicht eerst aan de mogelijkheid om deze bediende aan de zijkant te plaatsen, kwam hij er pas later op hem daar in het middelpunt te brengen?

Zoveel is zeker – de hoed van die staalmeester ter zijde, deze keurder van de lakenstoffen die in Amsterdam werden geproduceerd, lijkt wel te zweven. Als dat hoofddeksel werkelijk paste, had de bezitter daarvan een enorm punthoofd.

Het heeft er alles van weg dat deze hoed er in de gauwigheid is opgezet, als werd ie van het centrum van het doek naar die zijkant verplaatst.

Waarom trouwens drie van de zes mannen een grote witte bef dragen, de anderen een veel kleinere, is ook een raadsel. Toen al mode onder gereformeerde heren? Nee – want twee van hen zijn katholiek, een is doopsgezind, eentje remonstrant, alleen de man rechts is gereformeerd. Zou die merkwaardig op dat hoofd geplaatste hoed een teken zijn van de katholieke frivoliteit van de drager?

Allemaal irrelevante vragen. Wat telt is de pracht van het hele doek dat best een verdwaalde hoed kan velen.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

REMBRANDT VERKRACHT

24 mrt

De tentoonstelling De Late Rembrandt is een hoogstandje van de directie van het Rijks. Wat een keur aan doeken, die je slechts in repro zag, in catalogi en boeken over de schilder. Nu zijn ze verzameld vanuit musea uit alle windstreken! Tegen de gloed van de echte verf – al dan niet afgeschermd door zo’n gruwelijk laagje postmodern glas – kan een foto nooit op. Ook het echte formaat is soms ongelofelijk.

Maar wat een hel, zo’n tentoonstellingsruimte. Je kunt er over de hoofden heen kunnen lopen – en dat zou nog een oplossing zijn om de schilderijen te bekijken, maar nu kijk je er meestal tegenaan.

De iPad en de iPhone zijn massaal het museum binnengedrongen. Elke boerenlul, elke boerentrut is bezig om zijn eigen souvenirs te fotograferen. Daardoor kun je het schilderij dat je op afstand wilt bekijken niet meer zien – tussen het doek en jouw oog zweeft een tweede, verkleinde versie ervan. Op zo’n ellendig blikkerend scherm. Rode flitslichtjes veranderen steeds even de kleuren die Rembrandt toch echt zelf verzon.

De arme man draait zich om in zijn graf. Hij zei ooit over zijn schilderijen: “Niet te dicht erbij gaan staan, mensen – dan krijg je maar verf op je neus.” En zo is dat. Zeker is dit het geval bij het werk van de late Rembrandt, dat het ‘impressionisme’ eeuwen vooruit was – een gepaste afstand laat je pas de schittering ervan ervaren. Jan Six bijvoorbeeld – al die malloten die er met de neus op gaan staan verhinderen niet alleen jou om het vanaf de juiste afstand te bekijken, ze zien zelf het schilderij helemaal niet! Verfvegen zijn het, die op afstand bekeken het wonder van een portret opleveren!

Br276JanSix1654SixFoundationMauritshuis

Simon Schama schreef hierover mooie woorden. Kijk, zegt hij, je ziet niet of Six net thuis komt en zijn handschoen uittrekt, of juist weggaat en ‘m aandoet. Het gezicht zo rustig, maar het gebaar zo spannend!

Net als Velasquez schilderde Rembrandt rücksichtslos. Zichzelf – in zijn eigen verval, op zelfportretten die door hun psychologisch en fysiek realisme altijd maar weer blijven verbazen, maar ook de mensen die hij in opdracht portretteerde.

Late-Rembrandt-Rijksmuseum-Portret-van-vrouw-met-struisvogelveer

Kijk naar deze dame met een struisvogelveer in de hand – veel lelijker krijg je ze niet. Maar tegelijk: Wat een pracht! Zo, door Rembrandt uitgebeeld, wil je graag lelijk zijn. Dat tekent de kunstenaar.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

ZINLOOS GEWELD

23 mrt

In een kort artikel probeert de antropoloog Holslag van zinloos geweld zinvol geweld te maken dat ‘begrijpelijk’ is. “Zinloos geweld is allesbehalve zinloos. Het verschuilt zich onder de mantel van zinloosheid omdat we het niet willen begrijpen.” [VK 27.2.15]

Wie die ‘we’ zijn blijft dit type artikelen meestal onduidelijk. Het is de fictieve ‘ander’ van de schrijver – in dit geval de outgroup van de ingroup ‘Holslag’. Ik wil al lang ‘zinloos’ geweld verklaren, waarbij mijn oude adagium geldt: ‘Begrip van is nog geen begrip voor’. Dit formuleerde ik ooit in het boekje Gevangen in de Gevangenis dat ging over criminaliteit en opsluiting.

Onderscheid maken tussen pesten en ‘geweld als een culturele categorie, als symbolische daad’ (Anton Blok) is de moeite waarde. Maar het gaat voorbij aan een al vaker door mij naar voren gebrachte transformatie van Modern Geweld – in een nieuw type: Postmodern Geweld. [‘Geweld’ even begrepen als de ruime categorie van agressie tegen anderen, psychisch dan wel lichamelijk.]

Modern geweld was inderdaad veelal symbolisch geweld – gericht tegen exemplaren van bepaalde groeperingen. Los van de vraag naar de radicale onzinnigheid van wat een racist beweegt, was zijn agressie tegen iemand van een groepering die hem niet zint voor hemzelf en voor zijn eigen ingroup gericht en zinvol. Ook wie iemand overvalt om er zelf beter van te worden, beter ten koste van het slachtoffer, is gericht en binnen de eigen gedragscode zinvol bezig.

Postmodern Geweld is van een strikt andere orde. In de postmoderne samenleving, waarin alles geflexibiliseerd is en dus al door opvoeding spastisch geworden mensen permanent een stabiel Ego/karakter ontberen, wordt gedrag vooral gereguleerd door de combinatie van temperament plus de controlerende blik van relevante anderen.

Die inner circle bepaalt wat ‘juist’ is. Men gedraagt zich volgens die code ook vooral in relatie met anderen binnen die inner circle. Voor buitenstaanders geldt die moraal niet. Men schaamt zich voor ‘fout’ gedrag tegenover relevante anderen, waar men schaamteloos kan optreden tegenover mensen van de omvangrijke outgroup.

Traditionele schaamteculturen zoals de Engelse en de Japanse [niet voor niets eilandculturen] maakten dit al lang duidelijk: Britse voetbalfans die in eigen stadions on the Isle brave burgers zijn, transformeren in agressieve hooligans bij wedstrijden op het continent. Intussen is het in de postmodern verspreide schaamtecultuur in het Westen overal normaal geworden. Zie Feyenoord fans in Rome…

Ego-loze lieden zonder een stabiel karakter – dat de Moderne mens zich onder alle omstandigheden deed ‘gedragen’, dus ook in contact met de outgroup – ontwikkelen een Pantzer-Ik van uiterlijke steunpunten. Dit verschaft hun de illusie van eigen stabiliteit: tatoeage, bepaalde kleding, automerk, ritueel gedrag et cetera.

Zonder zo’n Pantzer, maar ook wanneer een aanwezig Pantzer in bepaalde situaties onvoldoende blijkt, is agressie tegen anderen een alternatief. Waar de moderne, ‘karaktervolle’ mens erop los sloeg om een ander te ‘vernietigen’, slaat het postmoderne Gaten-Ik erop los teneinde even te bestaan – om de illusie van zo’n Ik te verwerven. Het ontstaan en weer verdwijnen van ‘zinloos geweld’ is een repeterend, circulair proces.

De toename van ‘zinloos geweld’ is de toename van postmodern geweld.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

BONUS SALARIS

22 mrt

Dus geven we de financiële goochelaars in de banken geen bonussen meer, maar een salaris als bonus. Of ze er nu dezelfde puinhoop van maken als bij de laatste – wat zeg ik? – als tijdens de lopende crisis, het maakt niet uit. Mensen uit datzelfde circuit voorspellen al weer de volgende door de banken en hun personeel opgeblazen zogeheten bubbel.

Oud VVD-minister Zalm weet dat het goed zit – met die bonussalarissen wel te verstaan. “We bewegen keurig binnen de wet.” Afgezien van het bedonderde Nederlands van de bankier, geeft precies deze formule feilloos aan wat er mis in de kring van Zalms OSM. De stuitende gedachte, dat wat zich aan de wet houdt vanzelfsprekend goed is.

Toen mijn zoon nog een zoontje was en ik hem verweet dat hij iets ‘slechts’ deed – ‘Dat mag niet, jongen!’- vroeg hij me regelmatig: ‘Staat dan in de wet dat het niet mag, pap?’ Steevast antwoordde ik hem, wat ik nu Zalm voorhoudt: ‘Wanneer iedereen alles ging doen wat niet bij de wet verboden is, dan zou het een puinhoop worden.’

Zalm, Hooijmaijers en met hem heel wat andere VVD’ers die vinden dan het economische of zakelijke doel de middelen heiligt of althans goedpraat, reduceren moraal tot wetsartikelen. Een verwerpelijk zedelijk formalisme.

Ze mogen dan niet verbaasd zijn dat volksstammen die van deelname aan de sociale economie worden uitgesloten op een bepaald moment denken: ‘Dan zo maar…’ Waarop de VVD voor de zoveelste maal een ministerie van Veiligheid en Justitie bemant. Een ministerie, dat met rechtvaardigheid veel minder te maken lijkt te hebben dan met veiligheid.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen.

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com