NEPNIEUWS, SCHULD EN THERAPIE

7 dec

Nepnieuws is nieuws, zij het oud nieuws. Nepnieuws is van alle tijden, vroeger heette het ‘gerucht’. Nieuw aan nepnieuws is dat het dominant werd en er helemaal bij is gaan horen.

 

In de postmoderne wereld waarin op elk gebied schuld en therapie hoogtij vieren – ‘falende’ politici, ‘falende’ sporters, ‘falende’ artiesten et cetera, en wat doe je eraan? – moet er voor nepnieuws dus ook een therapie zijn. Denkt men.

 

“Wie kan wat doen tegen nepnieuws” – zonder punt en zonder vraagteken, de kop in mijn ochtendblad [VK 7.12.16] ‘Niemand’ luidt mijn antwoord.

 

Het biologische argument. Diep in onze genen zit de aanleg om te existeren volgens de tweedeling ingroup / outgroup, of in minder dure taal: volgens die tussen ‘zij’ en ‘wij’. Kwestie van groepsverdediging, zo oud als het leven.

 

Het sociologische argument. ‘Beschaving’ is de naam voor een samenleving waarin deze oerdrang getemperd wordt. Net zoals de biologische neiging van mannen om elk willekeurig vrouwtje zonder toestemming te bespringen. Kortom: sociaal georganiseerde zelfbeheersing.

 

Het culturele argument. Met de komst van de postmoderniteit, die wordt gedomineerd door een schaamtecultuur, is het met die sociaal geconditioneerde zelfbeheersing gedaan. Tegenwoordig schaamt men zich wanneer men iets ‘verkeerds doet’ alleen nog wanneer relevante anderen je gade slaan. Zonder de blik van die relevante anderen ‘ga je los’.

 

Tegelijk is het wij/zij instinct ook ‘los’ geslagen. Zie de houding tegenover immigranten; zie ook de opkomst van het verzet van ‘wij’ tegen ‘de elite’.

 

Waar rond 1980 door alle sociale lagen heen nog steeds gedeelde criteria voor de kunsten bestonden – Bourdieu stelde toen vast dat operette- en operaliefhebbers beide opera een ‘hoger’ staande kunst vonden – daar is smaak intussen gesegmenteerd. Schulze onderzocht de segmentering van esthetische voorkeuren, smaak kortom, opnieuw. Hij toonde rond 2000 aan dat er nog slechts niches van liefhebbers bestaan, die elk fan(aat) zijn van een bepaald soort kunst en die de voorkeur voor andere kunstsoorten geschift vinden.

 

Het media-argument. De voornaamste oorzaak van het bovenstaande is de mediatisering van de maatschappij. The medium is the message, nu in de pijnlijke betekenis van: ‘Wat je ziet of hoort is waar. En: Ik kijk en luister alleen maar hier naar’. Asociale media kregen het primaat.

 

Zo ontstaan incrowd-waarheden, ook wel nepnieuws genoemd. Deze fake informatie – al dan niet bewust ingezet om anderen op het verkeerde been te zetten – behoort tot onze maatschappelijke orde. Zie de Trumpverkiezing. Daartegen bestaat geen therapie. ‘Niet te redden’ noemde Clinton een bepaald deel van het kiezerspubliek.

 

Het is als met het proces van totale verloedering van het TV-aanbod. Op het moment dat de ‘commerciële TV’ haar intrede deed, was het lot van dit aanbod bezegeld. Een beetje socioloog wist al dertig jaar geleden hoe het zou aflopen met het NOS-journaal: een vuilnisbak van vulgaire items, in competitie met de vuilnisbakken van andere zendgemachtigden. Uiteraard een competitie om reclamegeld.

 

Want om geld gaat het natuurlijk ook.

 

Sierksma 7.12.16

 

 

 

 

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.