Tag Archives: Anna Moezytsjoek

SCHAAKSPEL – ISLAM, JODENDOM, CHRISTENDOM

28 dec

Toen Pim – u weet wel – de Islam een achterlijke religie noemde, schreef ik een stukje waarin ik zei: Alle religies zijn achterlijk.

Twijfelen is immers lastiger dan geloven, en slechts twijfel en tegenspraak brengen ons verder. Het malle misverstand dat ‘ons westen’ wortelt in de ‘Christelijke normen en waarden’ gaat voorbij aan het feit dat het Christendom weliswaar leefde van vertaling en interpretatie van moeilijke teksten, maar dat dit soort twijfel uitmondde in de Verlichting. Verlichting is de zelfopheffing van het Christendom.

Neem de moedige Anna Moezytsjoek, wereldkampioene snelschaken – een kei. Heeft de moed om enorme prijzengeldbedragen aan haar neus voorbij te laten gaan door te weigeren om in de Saoedische hoofdstad Ryad te gaan spelen. Daar schreven enkele baardapen haar kleding voor en dat vertikt ze. Ze wenst geen alles bedekkende kleding te dragen en wil op straat niet verplicht door een man worden begeleid. Chapeau!

Daarbij komt, dat de religieuzen steeds beweren te geloven, maar het in feite altijd hebben over geloofszekerheden die ook nog eens worden gecertificeerd door hoge paters, imams, rabbijnen en meer van dat moois. Rang is slechts Rang als er Rang op staat – en zo.

Komisch wordt die achterlijkheid, wanneer godsdienst zich gaat bemoeien met het plezier der mensen, ja zelfs met schaken. De Islam beschouwde schaken als een mooie bezigheid (Dat dan weer wel…) Rabbijnen beschouwen alle spelen als zondig, omdat ze mensen tot dieven van andermans goed maken en maar leiden tot gokken. Schaken werd daar dan weer van uitgezonderd, omdat het ‘eerlijk, edel en volmaakt is’. Met dit laatste is elke schaakliefhebber het eens. Hij zal echter ook denken: Waar bemoeien jullie je toch mee!

De Roomse kerk bakte het wel erg bruin. Toen de, overigens zeer zondige kruisvaarders uit het Midden-Oosten huiswaarts keerden – vaak na een decennia durende afwezigheid en het verlaten van hun Dame die ze een stalen gordel omdeden om zedenbederf te voorkomen, terwijl ze zelf ginds hoereerden met andere dames – brachten ze het schaakspel met zich mee. Op miniaturen zie je de Europese Dames het spel spelen met hun teruggekeerde Heren.

Dat had echter nogal wat om het lijf. Eerst verbood de Paus het spel. U weet wel: zondig, en vooral ook door de tegen-gelovigen gespeeld, die Islamieten. De liefhebbers vonden er wat op. Waar in de Perzische versie de Koning (Sjah/schaak) werd bijgestaan door een Grootvizier, een man dus, daar werd deze nu vervangen door een Dame, waarvan de schaakliefhebbers beweerden dat dit een eerbetoon was aan de Maagd Maria. Krachtigste stuk op het bord, toch! Het werd goedgekeurd.

De gebruikt truc was van logomagisch aard, zoals alles in de godsdiensten – een groots voorbeeld van woordgoochelarij. In het Perzische heette die grootvizier firzān, dat via de Roman de la Rose werd verbasterd tot fierce wat erg lijkt op vierge oftewel maagd. En zwanger is ze!

God, geve dat uw gelovigen van allerlei kunne inzien dat hun ideeën niets meer zijn dan geloof en dat de kans dat u bestaat en dat alle verhaaltjes die op u betrekking hebben een lage waarschijnlijkheidswaarde bezitten, dat ze doorkrijgen dat het geloof is en geen weten.

God, laat uw kinderkens allemaal leren schaken. Dit is een ontnuchterend spel dat weinig smoesjes toestaat en vooral vraagt om doordachte aandacht.

Sierksma 28.12.17