Tag Archives: Erich Fromm

SEKS, SEKTE EN MACHT

20 feb

Dat sinds de #MeToo explosie sektarische seks weer op de journalistieke agenda zou komen, wist ik direct. In de jaren 70 besteedde ik nogal wat tijd om het wel en wee van zogeheten communes te volgen, u weet wel: hippies. Later bestudeerde ik de Steiner-club der antroposofen; zo’n vereniging die in haar statuten ontkent een sekte te zijn en daarmee extra sektarisch is.

In alle vormen van sektarisme speelt seksualiteit, en dus seks een rol. In een of andere vorm is puritanisme de primaire voedingsbodem. Mannen en vrouwen uit benepen milieus ontsnappen richting beschermde seksuele vrijheid.

Het gaat om wat Erich Fromm destijds haarfijn omschreef als ‘angst voor de vrijheid’: de qua karakter puriteinse jongens en meisjes c.q. jonge vrouwen en jonge mannen willen van hun bekrompenheid af, en persen zich vervolgens in een keurslijf van sektarisch omschreven, en dus ‘goedgekeurde’, veelal losbandige seks. Alles ‘mag’ opeens, mits het gecodeerd wordt als ‘genezing’, ‘vrijheid in gebondenheid’, The Path.

Communes en sekten hebben gemeen, dat er steeds één of enkele van de top dog mannetjes hun morele terreur kunnen uitoefenen over de rest van de mannen, waardoor ze verleidelijk worden voor de vrouwen – die de andere mannen moeten ‘opgeven’.

Vervelend voor de vrouwen is dat ze slechts tijdelijk de rol van seksuele oogappel van de He-Man mogen vervullen, die vervolgens op hen raakt uitgekeken en dan nieuwe oogappels vindt. Het zijn de verworpenen, de opeens afgewezen vrouwen, die meestal achteraf in opstand komen en wellicht zelfs uit de kast.

Zo nu weer vrouwen die jarenlang zijn geneukt door hun boeddhistische ‘leidsmannen’. Achteraf zijn ze een tijd lang ‘bang voor de zwarte magie’, gezwicht voor ‘het geestelijke overwicht’ et cetera. En zowel in de berichten van de klaagsters, als in de toon van de verslaggevers komt voortdurend de term macht voor.

Zielige vrouwen, met emotionele kwetsuren als gevolg van scheidingen et cetera, geven zich over aan boeddhistische heren en hun rituelen. Later heet het opeens, dat ze voor de macht zijn gezwicht en niet meer onder die macht uit durfden te komen. Andere vrouwen, die nog steeds het genot van des meesters pik genieten, zeggen tegen critici: mijn soort boeddhisme “is niet voor iedereen te bevatten; vrouwen hebben echt een keus”.

Ik denk dat deze tegenstem gelijk heeft. Machtsuitoefening is altijd een zaak van reciprociteit geweest: Degenen over wie macht wordt uitgeoefend ‘willen’ dit, of laten het gebeuren. Pas wanneer geweld wordt ingezet om ‘afvalligen’ in het gareel te krijgen – wat in sekten zeker ook voorkomt – wordt deze wederkerigheid opgeheven. Daar is inderdaad iets mis. Meestal is dit niet het geval.

Maar om nu elke mallotige boeddhistische ‘geestelijke leider’ die met zijn ‘zwarte magie’ van de ‘geheime praktijk’ van zijn pik vrouwen geneest die door hun westerse mannen zijn verlaten, te gaan vergelijken met Harvey Weinstein, is van de zotte. [VK 20.2.18]

Alleen al de 1001 soorten boeddhistische sprookjes-sekten die er zijn, zou toch elke weldenkende man of vrouw aan het denken moeten zetten. Elk van die malle clubjes beweert ‘Het Pad’ te kennen en te bewandelen. Een tegenspraak op zijn minst – een pragmatische paradox zeer waarschijnlijk.

Sierksma 20.2.18