Tag Archives: Haarlem

MARGINAL MAN

18 mrt

.

The distance in between –

now, living inside France, Montmorillon

then, Haarlem in the Low Lands

the town from which myself I exiled –

time and space so wide

a divide making forget

the reason why I fled and went astray

my mind’s eye seeing in the rear-view mirror

the town still in its long-gone golden days

of Hals, Vermeer and Rembrandt

canals, not yet filled in

pavements for pedestrians striding

horses riding in the Hout –

Et in arcadia ego…

.

Now, in this, my France Profonde

deep inside I know

that when still living in the Haarlem as it is

the traffic noise that chased me

the vulgus in the streets

the travellers’ tsunamis

all of which I did abscond from

walking in the silent Elswout dunes

escaping in those English Gardens

.

Inside me wrangling

 wistful Sehnsucht and Freud’s Realitätsprinzip

.

Sierksma, Montmorillon 7.3/2023

BAVO KITSCH

30 apr

De stad op de kaart zetten, zo heet dat op de marketing afdeling van bijvoorbeeld Haarlem waar ik ooit woonde, of van Montmorillon waar ik nu woon. Branding the town, zegt de Amerikaan – als ging het om het ‘in de markt zetten’ van de merken Coke en Nike – “Je kunt er niet zonder!”

Vandaag, toevallig, komt er bij mij een vrouw op bezoek om te kijken of ze kan gissen hoe oud mijn drie verbonden huizen zijn. Ze stammen vast en zeker uit verschillende tijdsgewrichten. Zij schreef ooit een scriptie over de bouwgeschiedenis van de stad, dus het belooft wat. Wel ontdekte ik gisteren, dat haar functie op het stadhuis de titel draagt van Animatrice de l’architecture. Dus werd ze door de gemeente in dienst genomen om de pittoreske architectuur nog verleidelijker te maken voor de toerist dan die al was…

Maar dit stukje gaat niet over Montmorillon. Haarlem is het onderwerp – in het bijzonder de Nieuwe Bavokerk aan de Leidsche Vaart. Daar probeerden ze vorig jaar drie vliegen in één klap te slaan. Hoe zet je tegelijk: en het geloof dat lijdt onder ontkerkelijking; en de met enorm veel geld gerestaureerde, nogal curieuze  kerk; en de  stad Haarlem in de toeristieke etalage? Het antwoord: Door zeer gesjochten te doen.

.

.

De kerk is, zo te zien, al redelijk raar: een soort postmoderne cocktail van architectonische stijlen, al eind negentiende eeuw verzonnen en uitgevoerd, ver voordat de postmoderniteit en daarmee het postmodernisme in de architectuur haar intree deden.

Maar het is niet genoeg. Moet de marketing man van de bisschop hebben gedacht. Wellicht geholpen door de snelle public relations jongen van de gemeente. Op in de vaart der volkeren! We gaan er een experience van maken! Want dat is, sedert het begin van deze 21e eeuw, de noemer van de courante verkoopstrategie van ongeveer alles: The Experience Economy.

Ga je naar een ‘attractie’ of naar een restaurant, dan is het plezier van de ‘attractie’ of van het eten in dat restaurant op zichzelf niet meer genoeg. Je moet er vandaan kunnen komen met een ‘story’ die je na thuiskomst kunt vertellen aan vrienden en familieleden, die er uiteraard door worden gekitteld om deze ‘ervaring’ zelf te gaan op doen. The Hard Rock Café – zeg maar, het concept groots uitgebreid

Zo zetten we God op de kaart, moeten de bisschop en zijn reclamejongens hebben gedacht. Tijdens mijn dagelijkse ommetje, ditmaal rond de Nieuwe Bavo in Haarlem, liep ik eerst op tegen dit advertentiedoek:

.

.

Eerst denk je even aan een verwijzing naar de religieuze voorstellingen in de glas-in-lood ramen in de kerk; dat is wellicht de betekenis van deze wat overdreven metafoor: Klim naar het licht. Direct daarop liep ik echter op tegen het volgende doek, ook al monsterlijk gespannen tegen het hekwerk:

.

.

Op de afbeelding zie je een soort gouden kroontje tussen de twee toch al foeilelijke torens. Ik raakte de kluts kwijt – tot het moment waarop ik naar de torens zelf keek en daar dit zag:

.

.

De malloten hebben daadwerkelijk een loopbrug tussen de twee torens gebouwd! Volstrekt nutteloos vanuit het perspectief van het uitzicht; je kunt immers de torens altijd al beklimmen en ziet dan precies hetzelfde als wat je nu vanaf die loopbrug kunt zien: Haarlem oostelijk, de duinen westelijk…. Hier wordt een poging gedaan om een kluitje te maken van het allegaartje: god-in-de-hoogte; een enge, zo niet ‘sublieme’ ervaring op een loopbrug; en iets ‘heel bijzonders’, dat de hele stad op de toeristenkaart moet zetten.

De torens zijn er niet mooier op geworden.

.

Sierksma, 28.4/2022 La Roche

HAARLEM – MOOI/LELIJK

25 mrt

Een van de rampen van de hedendaagse oude stad is de verdringing van tuinen en bomen door de toenemende verkeersinfarcten. Tuinen worden gesloopt om er parkings voor ‘de zaak’ van te maken; bomen worden gesloopt of na kappen nooit herplant.

Zo ontstaan te brede straten; ‘te breed’, omdat het ontwerp van de huizen de gedempte gracht ertussen vooronderstelde, terwijl bomen vanzelf spraken toen die oude stad ontstond. Denk aan de Amsterdamse grachten.

In Haarlem doen ze er een schepje bovenop. De Gedempte Oude Gracht is een regelrecht esthetische ramp. Aan de zijkant van de auto- en busgoot staan nog steeds prachtige huizen ‘oud’ te zijn. Toeristen komen er immers om ‘oude hofjes’ te bezoeken, en naar ‘oude’, 17e- en 18e-eeuwse huizen te kijken.

Om toch ‘aan de continuïteit tussen oud en nieuw te refereren’ – god beware me voor de architectenouwehoeren en hun keutelpraatjes! – is er aan de Gedempte Oude Gracht, als een uitloper van een geheel postmodern gereconstrueerd stuk binnenstad – één gebouw aan de gracht geplaatst, waar de honden geen brood van lusten. Kut op Dirk.

 

Postmodern geintje, weetje wel! Dakgoot ‘scheef’, ramen geschift, steensoort als een zwarte rots zonder branding.

Om de toerist, en wellicht zelfs de bewoners, vooral niet te doen vergeten hoe ‘oud’ Haarlem toch wel is, staat er met rood neon aangegeven sinds hoeveel jaar Schous, de ijzerwarenzaak er al niet is. Al vanaf 1854!

 

Maar Schous bestaat hier helemaal niet meer. Er is een restje sleutelzaak; de rest van de vroeger prachtige oude winkel is verhuisd naar de polder. ‘1854’ – alweer een postmodern stukje fake.

En die verlaten vlakte van de Gedempte Oude Gracht wordt er alleen maar meer ode Wüste door.

 

Sierksma 25.3.18

AUTOTUINEN

30 mrt

Al jaren is het me een doorn in het oog, wablief: een doorn in elk mijner ogen! De manier waarop in fraaie oude steden zoals mijn Haarlem vaak fraaie en grotere tuinen worden geruïneerd om er ‘parkeerruimte’ van te maken.

Nu is er in Nederland een vanzelfsprekend tekort aan ruimte. We hebben geprobeerd om daaraan iets te doen door in te polderen en in te polderen, maar het houdt een keer op. Ruimtegebrek dus.

Tegelijk is er, zoals mijn vriend – de geleerde Ton Korver – keer op keer benadrukt, ook schaarste. Dat is iets anders dan een tekort. Schaarste is mensgemaakt, en dan bedoel ik: iets gemaakt door kapitalistische mensen. Met wat goede wil en vooral ook met wat goed beleid zou er immers veel meer parkeerruimte kunnen worden geproduceerd.

Parkeergarages! Het betekent wel dat je de gasten c.q. cliënten van je bedrijf niet aan de deur kunt ontvangen. Die moeten een stukje lopen. Jammer dan.

Nu verdween er tuin na tuin en verdwijnen er nog steeds tuinen, dit om plaats te maken voort stenen vlaktes.

 

 

Daardoor zijn niet alleen die tuinen weg, ook wordt de architectuur van vaak mooie gebouwen vernietigd omdat deze met het oog op een omringende tuin zijn ontworpen.

 

Het gebeurt de laatste tijd ook steeds vaker met kleinere voortuinen. Een godsgruwelijk gezicht, maar natuurlijk wel lekker goedkoop: je hoeft geen parkeervergunning te betalen.

 

 

 

John Galbraith schreef ooit over private opulence and public poverty – particuliere welvaart gecombineerd met openbare armoede – dit om de bedonderde openbare voorzieningen van Amerika te typeren.

 

Intussen geldt in Nederland particuliere welvaart en particuliere armoede – armoede in smaak en een niets ontziend omgaan met al langer geleden verworven schoonheden.

 

Zelfs wanneer tegenwoordig een architect huizen ontwerpt met het idee daar iets van te maken, dat zowel leuk is voor het gebouw, voor de eigenaar als voor de omgeving, mislukt dit. Mensen lijken vergeten om er iets moois mee te doen.

 

 

Bij mij in de buurt is een hele serie woningen ontworpen met bovenop een pergola – dat wil zeggen: de mogelijkheid er een pergola te laten groeien. Zeggen en schrijven 0 bewoners hebben er in de afgelopen decennia iets mee gedaan…

 

Sierksma 30.3.17

 

OLYMPIËRS

5 feb

Zo vaak zal het je niet overkomen oog in oog te staan met een kampioen. In Haarlem liep ik het Café Van Egmond binnen, op de hoek van de Gedempte Oude Gracht en de Kleine Houtstraat – voor het eerst in mijn toch veertigjarige stadsbestaan.

 

index-3

 

 

Daar zag ik vanuit een ooghoek deze foto aan de muur.

 

dscf4068

 

 

Er echt naar kijken deed ik niet direct. Het was Kerstmis, eerst leidden versieringen waaronder een prachtige waardin de blik nog wat af. Pas bij het betalen voor mijn alcoholvrij biertje keek ik – wellicht uit verlegenheid – over haar hoofd heen naar de foto.

 

Toen ging ik er eens even goed voor staan.

 

dscf4067

 

 

Zo ziet een stoere man eruit. De wieleramateur herkent onmiddellijk zijn beroepsbroeder. En nog wel gehuld in het Olympisch tenue!

 

Navraag leerde dat het hierbij gaat om Jacques van Egmond. Ook bleek ik onbekend met de stad waar die Spelen in 1932 werden gehouden – Los Angeles in Amerika.

 

jacques_van_egmond

 

 

Prompt kwam die andere kampioen in gedachten, de vader van mijn tegenwoordige Franse ‘buurman’ Laurent Vervialle, eigenaar van de boerderij even buiten mijn hameau. Die vader was in zijn jeugd een vermaard baanrijder die zoveel geld bij elkaar fietste, dat hij burgemeester van het dorp werd en die enorme boerderij kon kopen waar zoon Laurent Vervialle nu de seigneur uithangt.

 

Het eerste verhaal over Jean-Louis Vervialle hoorde ik van mijn hameau vriend Roland. Jean-Louis was ooit een ‘goeie’. In de van oorsprong communistische en in elk geval zeer linkse regio van de Franse Brenne betekent dit het omgekeerde van wat we in Nederland ‘fout’ zijn gaan noemen.

 

In de tijd van Frankrijks opsplitsing in een door de collaborateur en Maarschalk Pétain beheerde fascistische zone rond Vichy en het door de Duitsers bezette deel met Parijs als hoofdstad, liep de grens tussen beide territoria niet al te ver van mijn vlek La Roche. Jean-Louis gebruikte zijn lange oefenritten op de vélo als dekmantel om als verzetskoerier over deze grens heen en weer te rijden.

 

dscf2535

 

 

La Roche ligt iets hoger en even ter rechter zijde van het puntje dat op de kaart wordt aangegeven met Vous êtes ici – dat wil zeggen in blauwe collaboratiegebied.

 

Prima man dus, die Jean-Louis. Daaraan kan het gedrag van de intussen conservatieve zoon niets veranderen. Trouwens, heel de Brenne is intussen verrechtst; deze rechtse zoon vormde gewoon een soort nette avant-garde, waarna de nieuwe golf van Le Pennisten de Brenne overspoelde.

 

Nu blijkt vader Jean-Louis net als de Haarlemmer Jacques van Egmond ook nog eens met de Franse Equipe naar de Olympische Spelen te zijn afgereisd! Begonnen als lid van Le Sociétaire du Vélo Club Blancois steeg zijn ster op de Vélodromes de France et de Navarre, zo meldt een Franse wielersite.

 

Hij reed alle courante koerstypen: de achtervolging, de sprint, het omnium en zoals het in Frankrijk heet: l’américaine – een race op de piste tussen teams van twee man die elkaar om en om, steeds na elk rondje, met een zwiep van de arm weer op pad sturen.

 

Zo’n naam al – l’américaine – zou hem toch moeten hebben voorbestemd voor die Amerikaanse Spelen in L.A. Maar Jean-Louis was jonger dan Jacques, zeg maar naoorlogs. Helaas hebben ze elkaar daar in Los Angeles dus nooit kunnen ontmoeten.

 

De Fransman nam deel aan de Spelen van ’48 in London waar geloof ik ‘onze Fanny’ het zo goed deed. Van door Jean-Louis tijdens die Spelen gewonnen prijzen las ik nergens iets. Deelnemen is echter waar het Olympisch om te doen is.

 

Wielrennen is, me dunkt, de Olympische sport bij uitstek. Het is althans de enige sport die zich perfect leent voor een logo, iets wat deze postzegel goed in beeld brengt. Die ringen waren altijd al fietswielen, of niet!

 

UNITED STATES OF AMERICA - CIRCA 1972: a stamp printed in USA shows Bicycling and Olympic Rings, 20th Summer Olympic Games, Munich, circa 1972

UNITED STATES OF AMERICA – CIRCA 1972: a stamp printed in USA shows Bicycling and Olympic Rings, 20th Summer Olympic Games, Munich, circa 1972

 

 

In soevereine reformatorische kringen heet zoiets predestinatie.

 

 

Sierksma 29.1/2017

UNIVERSITAIR PANOPTICUM

19 jan

Hoe raar kan het lopen! Ooit schreef ik een artikel over de universiteit die meer en meer op een panopticum ging lijken: een onderwijsmachine, waarbij zowel studenten als stafleden in toenemende mate en steeds gedetailleerder werden gemeten en gecontroleerd.

 

We schrijven 1983. Het stuk stond in Universiteit en Hogeschool, jaargang 29, nr. 5 en de titel luidde: ‘Tweefasenstruktuur als universitair panopticum: De geboorte van de normstudent, de normdocent en de normonderzoeker’.

 

Enkele jaren later verscheen mijn proefschrift over Toezicht en Taak. Daarin wordt het ontwerp van de Brit Jeremy Bentham voor een panopticumgevangenis uitgebreid besproken.

 

Zijn plan was van een diabolische kwaliteit: een cirkelvormig gevangenisgebouw met langs de muren rondom verdiepingen met cellen waardoor overdag raamlicht alles wat de gevangene deed belichtte. Binnen in de duistere hal stond een observatietoren waarin bewakers, verborgen achter jaloezieën, de gevangenen in de gaten hielden terwijl ’s nachts met schijnwerpers ook de van binnen louter door tralies ‘bemuurde’ cellen konden worden aangelicht.

 

Niets ontsnapte aan hun aandacht.

 

panopticon-pointsdactu-dot-org

 

 

Diabolisch is dit gebouw, omdat je in feite helemaal geen bewakers nodig hebt. De gevangenen weten immers niet of er nu wel of niet bewakers in die binnentoren zitten. Zo worden ze gedwongen te doen alsof. Ze bewaken zichzelf!

 

Kortom, het tegendeel van wat een universiteit van vrij denkende mensen zou moeten zijn.

 

Laat nu in De Haarlemmer van 19 januari een foto staan van de binnenkant van de Haarlemmer Koepelgevangenis – een van de weinige ooit daadwerkelijk uitgevoerde panopticumgevangenissen in de hele wereld. De centrale toren is intussen verwijderd. Maar het feit dat er drie van dit type gebouwen in Nederland zijn gebouwd, geeft aan hoe de zuinige Hollander wel brood zag in een bewakingssysteem zonder kostbare bewakers…

 

dscf4082

 

 

En laat nu die oude gevangenis worden omgebouwd tot een dependance voor een University College! Jawel – alles tegenwoordig in het Engels, anders tel je niet mee; en Haarlem wil meetellen, nu als Universiteitsstad, sorry: als University Town…. Dat de University of Amsterdam intussen al weer als partner afhaakte, drukt de pret niet. We gaan gewoon door, wij Haarlemmers.

 

Maar zoiets verzin je toch niet. Mijn leven blijkt een door een Diabolische Magister fijntjes gesponnen web van samenhangen, dat me ooit – in 1983 – verder deed kijken dan ik zelf kon vermoeden.

 

Sierksma 19.1.17

POSTMODERN EXISTENTIALISME

23 okt

Al vaker wees ik er in een blog op hoe de postmoderniteit zich kenmerkt door het neerhalen van het delicate scherm tussen openbaar en privaat. Tot pak weg 1980 tekende dit gordijn nog ons sociale leven.

 

Ongetwijfeld zijn de zogeheten ‘sociale media’ hiervan een belangrijke oorzaak. Alles, maar dan ook alles wordt tegenwoordig gezien, bewaakt en getoond. En de postmoderne mens wil dit ook. Het gaat om een soort gewenste paranoia, het verlangen om in het oog van de ander te verkeren en aldus te… bestaan.

 

Noem het de invasie van onze privacy door het openbare. Het omgekeerde is daarmee natuurlijk ook het geval. Openbaar en privé, het werden communicerende vaten.

 

Een voorbeeld van zo’n inval van een private aangelegenheid in een openbare ruimte trof ik aan tijdens een herfstwandeling door de Engelse Tuin van Elswout, vlak bij Haarlem. Daarin werden fraaie bankjes geplaatst, mooi van vorm en van een goede kwaliteit.

 

 

dscf3796

 

Geabsorbeerd door de beginnende verkleuring van de bomen viel me niettemin een volgend bankje op. ‘Er is iets mis’, denk ik; of zoals mijn vrouw het zo mooi formuleert: ‘De horizon klopt niet’.

 

Dit zag ik in de verte:

 

dscf3782

 

Dat er iets niet klopte wist ik direct – wat, dat wist ik nog niet. Maar dichterbij gekomen blijkt de horizonvervuiling in dit geval een geelkoperen plaatje dat stevig op de bank is bevestigd.

 

dscf3781

 

 

Het is als met emotietelevisie. Geen programma kan het meer stellen zonder huilende mensen, hilarische mensen of mensen in enigerlei opgewonden staat – of het nu om een zogeheten ‘nieuwsprogramma’ gaat, dan wel om een op ‘emo’ mikkende uitzending. Gewone mensen – het wordt uitzonderlijk.

 

In dit geval worden we midden in de openbare ruimte van Elswout met onze neus op het wel en wee van ene Cor en ene Wim gedrukt. Wat mij kunnen ze, om het eens emotioneel en platvloers te formuleren, de pot op.

 

Sierksma, 23.10/2016

MOOI EN LELIJK ALS BUREN

25 apr

Kortgeleden was er een relletje in Amsterdam over twee soorten opgang naar woningen in hetzelfde gebouw – duurdere en goedkopere woningen. En een duurdere en een goedkoper ogende opgang. Wellicht een sociale zonde.

 

In Haarlem is er in ieder geval sprake een esthetische zonde, met misschien een soortgelijke sociale zonde als grondverf.

 

DSCF2934

 

Dit gebouw, met boven woningen en beneden winkelpanden, is een architectonisch geslaagd project. Fraaie lijnen, een mooie hoekpartij – een aanwinst voor Haarlem, ook als het gebouw aan de grootste uitvalsweg van de stad is gebouwd.

Het werd begeleid door het grote woningbouwbedrijf YMERE, die dit ook wil weten. Misschien zit daar beneden hun kantoor wel in het gebouw.

 

DSCF2933

 

Even verderop staat de nieuwste verschrikking van de stad, door in elk geval mijn vrouw en mij ‘het fietsenrek’ gedoopt. Het zou me echter niet verbazen wanneer de meeste passanten die associatie krijgen. Een waarachtig monstertje:

DSCF2931

 

Ook hiervoor tekende YMERE, maar nu met een heel wat minder ogende, en waarom niet: armoedige signatuur.

 

DSCF2930

 

Het contrast tussen gruwzame en fraaie architectuur wordt hier wel erg benadrukt. De twee enorme panden raken elkaar bijna, het zijn buren. Als deed YMERE het erom: ‘Wij zijn van alle markten thuis’ – lelijke woningen voor de paupers, fraaie voor de Haarlemse petit bourgeoisie.

DSCF2932

 

Ik heb niet nagetrokken of die sociale zonde werkelijk is begaan. Voor mijn claim van een esthetische zonde is het voorgaande bewijs te over.

 

In de serie Haarlem Fraai/Onfraai

 

Bezoek ook mijn blog Sierksma’s Sequences

 

 

 

MODERN SCHUILEN

14 mrt

Op mijn wandeling door de Leidsche Buurt in Haarlem, een terrein waar ik vele uurtjes doorbracht, keek ik opeens naar links. Ik wandelde door de Leidse Straat.

 

DSCF2909

 

Door een opening tussen twee huizen keek ik opeens – in die spreekwoordelijke oogwenk, in die fractie van een seconde die ik daarvoor tot op heden nooit gebruikte – uit op een ornament waarvan de stijl onmiskenbaar Amsterdamse School is. Ook de asymmetrische, fraai ogende raampartijen leken veelbelovend.

DSCF2906

 

 

Iemand die zijn auto stond te wassen, vertelde me dat het ooit ‘van de kerk was’ – welke, dat wist hij niet. Het was nu bewoond. Via wat vragen en een keer de hoek om vond ik de ingang tot het terrein waarop het gebouw staat.

 

Stom toeval – of was het Toeval dit keer juist enorm slim? – deed me hier een jongeman ontmoeten, gehuld in de kledij van een racefietser waarop ik instant jaloers werd, omdat ik na een val de vélo zelf nauwelijks meer durf te bestijgen.

 

DSCF2907

 

Hij liep recht op een stalen poort af, waarboven vervaarlijk ogende ijzeren punten een bezoeker zoals ik niet bepaald uitnodigen. Of hij hier woonde? Welzeker? Of ik misschien even mee naar binnen mocht om een foto te maken? Welzeker!

DSCF2912

 

Het hele pand is weliswaar niet zo fraai als die ornamenten beloofden, maar mooi blijft het. Een enorme rechthoek. Wie hier woont, bezit een paleis in de stad, vast met een eigen atelier.

 

DSCF2911

 

 

De man vertelde me dat hij het had gekocht onder de noemer ‘opslagruimte’. Ooit was het van de Nederduitse Kerk die het vermoedelijk ook liet bouwen, want hun gebruik als kerk (?) of catechisatieruimte stamt volgens mijn informant uit plus minus 1920.

 

DSCF2910

 

De deur komt van elders, maar past wonderwel. De jongeman bracht hem zelf aan.

 

Modern schuilen! Na de verovering van de macht tijdens de reformatie moesten gereformeerden immers weer afzien, toen eind 19e eeuw het katholicisme haar vleugels opnieuw begon uit te slaan. De nieuwe Bavo Kathedraal werd nota bene op een steenworp afstand van dit pand iets eerder neergezet. De Nederduitsers bouwden toen hun schuilkerk.

 

Leuk om zoiets te mogen schrijven na het lezen van een krantenartikel over geloofsafval in De Nederlanden. [VK 14.3.16] Geen hond gelooft nog, of het zijn die 25% Christenen in dit land! Een kwart is intussen atheist. Dus worden kerken supermarkten of opslagplaatsen of woningen.

 

Het pand van de jongeman, stijl Amsterdamse school, wordt omringd door bebouwing die al in de 19e eeuw tot stand kwam. Het ligt in een arbeiderswijk met lange straten vol kleine woninkjes. Toen ik halverwege de 70er jaren in Haarlem kwam wonen, heette het nog een gribusbuurt. Intussen is sprake van gentrification – erger nog, her en der werd het gruwelijk postmodern opgepimpt.

 

DSCF2913

Haarlem Fraai/Onfraai, toch de titel van de serie waarin dit stukje thuis hoort, weer eens (on)fraai verbeeld. Aanschouw de Verschrikking! Dit, op luttele meters afstand van de mooie kerk/woning, in dezelfde Leidse Straat.

Sierksma, 14.3.16 Bezoek via google ook Sierksma’s Sequences

In de serie Haarlem: Fraai/Onfraai, via google op te zoeken onder Sores Haarlem

WREED EN VREDIG

23 jan

Voor mijn constitutional op pad door Haarlem, trof ik een voor mij nog onbekend hofpoortje aan. Niet omdat het niet opvalt, wel omdat ik slechts zelden door dit straatje liep.

 

DSCF2797

 

 

Het hofje – bij uitstek een fenomeen van de Lage Landen – vormt de vredige oplossing voor een levenseinde zonder euthanasie. Deze notie bestond nog niet in die verre eeuwen.

 

Nog steeds bevangt me schroom en rust wanneer ik weer eens zo’n kleine binnenplaats binnenloop. Ook een verlangen: Hier te mogen eindigen. Tegelijk besef ik dat het allemaal wel erg klein behuisd is. Waarheen met mijn duizenden boeken? Om eens wat te noemen.

 

Het getoonde poortje is van het Frans Loenenhofje, gesticht na de dood van de naamgever die er geld voor apart zette. Hij stamde uit een oud Amsterdams koopmansgeslacht en woonde ooit in Amsterdam, precies op de plaats waar nu het Paleis op de Dam staat. Helemaal gelukkig was de kerk met het geoormerkte geld niet, de man was bij leven en welzijn een grondig gokker.

 

Het hofje kwam er in 1607. Eenmaal binnen gaat het er iets minder vredig toe dan verwacht. Zo niet wreed. Op de binnenpoort staat de volgende afbeelding.

 

DSCF2799

 

 

Wellicht dat John Cleese zou uitroepen: Don’t worry! It is only a flesh wound! Maar voor een goedwillende burger zoals ik is het even schrikken.

 

Dit poortje werd later gemaakt dan het hofje, naar een ontwerp uit 1625 van architect Lieven de Key die wellicht in zijn eentje verantwoordelijk was voor de afbeelding. De naamgever was immers al dood. Enig zoekwerk leverde op dat de onthoofde, doch nog steeds fiere leeuw met zijn drie bloedspetters uit de nek, in het wapen van Van Loenen figureerde. Niemand weet precies wat de voorstelling betekent. Wel wordt gesuggereerd, dat het te maken heeft met een familielid van een verwante calvinist, De Waal, die voor zijn ‘aktieve deel in die protessstantse stryd in Nederland … te Utrecht op die Markplein ontoof is vir sy geloof’.

 

Merkwaardig genoeg toont een andere bron, Rietstaps Handboek der Heraldiek, wkel een reeks Leeuwen op wapens, noemt eentje met het hoofd eraf, maar toont die, wellicht uit piëteit, juist niet.

 

DSCF2805

 

De bronnen die ik zag verklaren De Key’s keuze uit dit oude familiewapen. Het zou echter om iets anders kunnen gaan. Er zijn al eerder onthoofde leeuwen bekend na de dood van een Oranje of van een Nassau. Juist in 1625 stierf de calvinist Prins Maurits van Nassau, zeg maar de moordenaar van de liberale Van Oldenbarnevelt.

 

Wie weet liet De Key liberaal gezinde mensen een poepie ruiken. Tenslotte emigreerde hijzelf ooit gedwongen uit het door het katholicisme veroverde Zuidelijke deel der Lage Landen.

 

In de serie HAARLEM FRAAI/ONFRAAI lees ook de andere afleveringen

Bezoek ook mijn andere blog Sierksma’ Sequences