Tag Archives: Omerta

KLOKKENLUIDERS BENGELEN

21 okt

Huis voor klokkenluiders in problemen [Volkskrant 21.10.17]. De titel had beter kunnen luiden: Klokkenluiders bengelen, of Klokkenluiders in de problemen.

 

Zestien maanden na de oprichting van Het Huis voor de Klokkenluiders is er voor geen van de 800 [!] meldingen ook maar een enkel onderzoek afgerond. Nul dus. Van die 800 werden er slechts 30 ‘onderzoekswaardig’ genoemd, en daarvan verdween nog weer eens de helft van tafel als ‘niet-ontvankelijk’.

 

Toen het werd opgericht, had ik al mijn twijfels – twijfels wel te verstaan van een voormalig klokkenluider. Ooit stelde ik examenfraude aan mijn Faculteit der Bouwkunde (ook wel ‘Architectuur’) aan de orde. Eerst via de gangbare kanalen, dat wil zeggen via de examencommissie en de decaan, en toen ik daar zelf zwart werd gemaakt via het faculteitsblad. Het kwam me te staan op een proces namens het College van Bestuur, met als doel me te onstlaan. Hoogst onaangenaam.

 

Weliswaar won ik en werd ik niet ontslagen. Maar de betrokken student werd doodgemoedereerd de examenbul toegestuurd en zelf werd ik alsnog monddood gemaakt door me expliciet, opnieuw met dreiging van ontslag, te verbieden om de uitkomst van het proces wereldkundig te maken.

 

Wat je eruit kunt leren: Op het moment dat iemand een misstand in het innerlijk van instellingen en bedrijven aan de kaak stelt, sluiten deze zich als een oester. Ook wanneer die misstand uiteindelijk naar buiten komt en de klokkenluider dus ‘in het gelijk wordt gesteld’, maakt men hem daarna zijn leven zuur. Ik ben tot mijn pensioen achtervolgt door diverse bureaucratische maatregelen. Andere voorbeelden zijn er te over.

 

Aan de orde is de bureaucratische omerta, een directe parallel met de zwijgplicht bij de maffia. Eenmaal lidmaat van een instelling, en je wordt verondersteld nooit meer iets negatiefs over die instelling naar buiten te brengen. Buiten de maffia zijn het de bureaucratische apparaten van bedrijven en instellingen die deze zwijgplicht effectueren.

 

Nu er dus niks terecht is gekomen van een legale weg voor de klokkenluider, is wie een misstand waarneemt wel gedwongen om of te zwijgen, of naar buiten te treden via de openbare media. Met alle gevolgen voor hem of haar van dien.

 

Net als bij de nu weer actuele seksuele intimidatie speelt voor de klokkenluider in het begin vaak mee dat hij denkt: ‘Waarom overkomt mij dit nu weer?’ Om dan later te ontdekken, dat hij één is onder talloos veel miljoenen. Dit levert enig soelaas, maar geen oplossing. De kans dat je eraan gaat, is groot.

 

Zo’n Huis voor de Klokkenluiders had natuurlijk alleen effectief kunnen zijn met gezaghebbende bestuursleden, mensen wier gewicht – indien ze zich aan een zaak committeren – zo groot is, dat de buitenwereld en de binnenwereld van de bureaucratie in de instellingen er niet meer omheen kunnen. Nu moet het Huis het doen met een reeks lichtgewichten.

 

En de klokkenluiders bengelen in elk zuchtje wind.

 

Gij mensenbroeders die ons overleeft,
Gedenkt ons zacht, gedenkt ons niet vilein.
Want juist als gij erbarmen met ons heeft,
Zal God ook jegens u genadig zijn.
U ziet ons hier gehangen per dozijn…

 

Francois Villon

 

GOD ALS SCHAAMLAP

16 apr

In de krant wordt geschreven over de ‘omertà’ in ‘de Marokkaanse gemeenschap’. [VK 16.4.14]

Dat lijkt me een ongelukkige term – ze hoort historisch bij de maffia en daarmee zou ik een hele ‘gemeenschap’ niet graag identificeren.

Kwalijker is, dat op die manier ernstige culturele problemen onder het vloerkleed verdwijnen. Het bijzondere geval nu betreft het zwijgen van deze ‘Marokkaanse gemeenschap’ naar aanleiding van de overval in Deurne, waarbij twee ‘allochtone jongens’ werden doodgeschoten. Dit zwijgen blijkt mede te worden afgedwongen door ‘jongeren’ die duidelijk maken dat men zijn mond dient te houden.

Probleem hierbij is echter de schaamtecultuur, die vanuit Afrika is meegenomen naar Europa. Een nog groter probleem is dat intussen de postmoderne Europese samenlevingen zelf steeds meer trekken van die schaamtecultuur hebben ontwikkeld. Meer dan twintig jaar geleden, toen ik me met deze kwesties ging bezig houden, noteerde ik dit samenkomen tijdens mijn colleges in Delft.

In een schaamtecultuur functioneert steeds minder een individueel geweten dat in de vroege jeugd is ‘geassembleerd’. Steeds meer is de blik van relevante anderen doorslaggevend voor beoordeling van eigen gedrag als juist of onjuist.

In een schaamtecultuur kun je je misdragen tegenover niet-relevante anderen, mensen kortom buiten de directe ‘gemeenschap’, zonder het als wangedrag te voelen. Een schaamtecultuur meet per se met twee maten. Ergo: Niets schaamtelozer dan een schaamtecultuur.

Een typisch kenmerk van een schaamtecultuur is het scheiden van verantwoording nemen en verantwoordelijkheid dragen. Steeds vaker geeft iemand of geeft een groep toe, dat ze ergens verantwoording voor nemen. Vaak deelt iemand mee dat hij namens de groep waartoe hij behoort, een bedrijf bijvoorbeeld, verantwoording voor iets neemt. Bedoeld wordt, dat voor iedereen in dat geval duidelijk is dat anderen geen verantwoordelijkheid dragen. Dus, je moet wel…

Tegelijk lijkt er niemand verantwoordelijk te zijn of die verantwoordelijkheid te willen dragen. Binnen het bedrijf of de groep kan iedereen naar ieder ander wijzen, of men verwijst naar de ‘omstandigheden’.

Maar verantwoording nemen voor wan- of misdaden is een individuele aangelegenheid, zelfs als het om een rechtspersoon gaat. In dat geval legt men verantwoording af en draagt via consequenties tevens de verantwoordelijkheid.

Die combine verantwoording+verantwoordelijkheid raakt in de postmoderne schaamtecultuur volledig zoek. Wanneer in ‘de Marokkaanse gemeenschap’ stemmen opklinken om ‘de eigen verantwoordelijkheid op de agenda te zetten’ zijn we niet veel verder. De vraag is of jongens, opgevoed in een schaamtecultuur, zelf die verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen. Zo lijkt het vooral te gaan over het nemen van verantwoording door een groep voor het gedrag van individuen, zonder dat het individele dragen van verantwoordelijkheid ooit in beeld komt.

Besef, lezer, dat ‘de Marokkaanse gemeenschap’ slechts een case betreft, dit naar aanleiding van ‘Deurne’. De Rooms-katholieke kerk is een tweede nummer, dat ook sterke trekken van een schaamtecultuur vertoonde en toont. In beide gevallen wordt het aan ‘God’ c.q. ‘Allah’ overgelaten om over de daden te oordelen en dus de verantwoordelijkheid te dragen.

Dat zegt de priester na de biecht letterlijk. En Youssef, die geld inzamelde voor de begrafenis van de gedode overvallers, zegt eveneens letterlijk: “Laat dat aan Allah over.”

Met de teloorgang van wat een cultuur met een schulddominant was – een gewetenscultuur – zal er steeds meer verwezen worden naar fictieve ‘hogere instanties’ die de verantwoordelijkheid moeten dragen.

God als schaamlap. Het Bedrijf als schaamlap. Het Team als schaamlap. Het Netwerk als schaamlap…

Bevalt u dit blog, verspreidt het via uw facebook, twitter of andere social media.