Steeds vaker hoor ik om me heen, of lees ik recent in krantencommentaren, dat een ‘links verbond nodig is tegen de rechtse vloedgolf’. Vandaag weer een stuk van de hand van de veelal scherpe en ook helder schrijvende historicus Von der Dunk. [VK 26.3.18]
Eerst even wat betreft de titel. Sinds mijn lezing van Karl Marx, ben ik allergisch voor natuurmetaforen die worden toegepast op sociale, politieke en economische verschijnselen. Marx leerde me dat het kapitalistische Spiel met mijn zinnen en met mijn gedachten aan het goochelen, en ervoor zorgt dat een reeks economische crises lijken op een serie natuurrampen – iets dat met ’s mensen doen en laten niets van doen heeft. Een misverstand.
Zo zint me die term vloedgolf van Von der Dunk niet, toegepast op Alt Right. Het doet een beetje denken aan die andere ‘denker’, die hij met mij verafschuwt: Wilders. Die had het destijds over een tsunami van immigranten die over Europa spoelde. Aan die natuurmetaforen heb je niks, wil je begrijpen wat er aan de hand is.
Von der Dunk is meestal juist goed in het begrijpen van wat er aan de hand is. Zo stelt hij, met anderen voor, om wat er rest van de PvdA met Groen Links en de SP te verbinden. Doe je het niet, dan “helpt ook Klavers winst ons bitter weinig.”
Maar Klavers winst helpt ons sowieso bitter weinig. Groen Links is het toon-voorbeeld van de postmoderne transformatie van de partijvorm in de bewegingsvorm: de nieuwe generatie surft mee op modieuze trends, mede dankzij Jopi popi meet ups, ‘doet een tijdje ergens aan’ – en is dan weer verdwenen. Dat oud-D66ers Groen Links aan een overwinning hielpen, en dit juist in wat vroeger Yuppenland heette, zegt al voldoende.
Maar gesteld dat we Von der Dunks advies opvolgen: beter aansluiten bij de spagaat waarin etnische minderheden zitten [eigen culturele achtergrond, wel sociaaleconomische belangen die ze delen met hun medelanders]; radicaal afstand nemen van het ‘marktdenken’ en de ideologisch uitverkoop van Links aan VVD en D66; aansluiting vinden bij de nog steeds sociaalbewogen linkse vleugel van het intussen ver-oerrechtste CDA, onder leiding van de het Wilhelmus joelende Buma et cetera… Gesteld dat we hierin slagen, kortom een nieuwe linkse partij weten te formeren, en geen beweging:
Dan is er een kink in deze kabel waarop al deze sympathieke plannen stuklopen [vreemde vergelijking, a la]. Dat is het totaal verval in de Postmoderniteit van niet alleen die partijvorm, maar vooral ook van de vakbondsvorm. Mijn stelling: zonder omvangrijke nationale vakbonden die een gelijkwaardige partij zijn in het overleg tussen staat, kapitaal en werkende massa’s, is zoiets als een vernieuwde sociaaldemocratie uitgesloten.
En deze nieuwe versterking van zo’n vakbeweging zie ik niet komen. Hooguit is er nog een kans op wat anarchosyndicalisme en wat shop steward achtige oplossingen [kortom: het Franse model, dat niet functioneert; en het Engelse model, dat niet functioneert].
Kortom: ik ben een zwartkijker, die de herleving van de sociaaldemocratie als utopie beschouwt. Zal dus Alt Right gaan winnen? Niet uitgesloten. Maar zeker zal het kapitaal vrijer spel krijgen dan het ooit al kreeg.
Sierksma 26.3.18