Tag Archives: Talenonderricht

DENKEN EN TAAL

9 dec

Aleid Truijens schrijft – alweer – een goed artikel over het onderwijs in Nederland. Ze reageert in dit geval zowel op de PISA-toets als op de scores van Nederland op de wiskundeolympiade. [VK 9.12]

Op de olympiade ‘versloegen’ we de Finnen. Dat land werd ons kortelings nou juist net ten voorbeeld gesteld om het eigen onderwijs te verbeteren. Met de PISA-toets scoren we immers steeds slechter, juist voor wat betreft de bètavakken. Ra, ra…

Truijens legt de vinger op de zere plek. Wiskunde is niet alleen wiskunde, het is vooral ook taal. Een vraagstuk wordt pas aan het eind van een analyse gereduceerd tot een som. Daarvoor moet die som uit een in taal gestelde opgaaf worden gedestilleerd. ‘Slecht in taal’ staat dus gelijk aan ‘slecht in natuurkunde’.

Maar Truijens gaat een stapje verder. Ze schrijft: “Rekenen is ook taal. Geschiedenis is taal, aardrijkskunde is taal. Denken is taal.”

Dat laatste valt te bezien. Me dunkt, dit probleem is talig. Ook een wiskundige die in zijn bovenkamer complexe sommen doorrekent ‘denkt’ wel degelijk, en niet zo’n beetje ook. Denken kun je doen op verschillende manieren.

Wel lijkt me de volgende stelling te verdedigen: Nadenken is taal, c.q. talig. Dat hield ik mijn studenten esthetica steeds voor, wanneer ze een onvoldoende scoorden op een toets, omdat ze niet in staat waren hun ‘antwoord’ op een vraag goed onder woorden te brengen.

“Ja, maar, – zeiden die dan vaak – Ja, maar, ik heb het best wel begrepen, ik heb er goed over nagedacht.” Waarop ik mijn antwoord gaf: Wie goed na heeft gedacht, kan het dus goed onder woorden brengen.

Truijens hoofdstelling blijft natuurlijk de belangrijkste. Zonder grondig talenonderricht dreigt de leerling te struikelen in de andere vakken.

Ze voegt terloops nog een andere juiste stelling toe. Wanneer onze minister Bussemaker 4 miljoen “in het talenonderwijs pompt” omdat er een gebrek aan leraren Engels, Duits en Frans dreigt te ontstaan, zal dit weinig zoden aan de dijk zetten. De ‘autonome’ leerling schrapt immers die talen uit zijn ‘pakket’ zodra ons malle schoolsysteem hem de mogelijkheid daartoe biedt.

Dus: Een omvangrijker lespakket. En waarom niet: Een wat gedisciplineerder schoolopzet, al dan niet met computers als hulpmiddel.

9.12.13

PS wiskunde is geen taal, het is een notatiesysteem met strakke regels voor de behandeling van de tekens; het heeft geen grammatica en geen semantiek – ergo: twijfel en interpretatie zijn er niet. In een taal beinvloeden de omgevende woorden de betekenis van een woord.