Tag Archives: Pim Fortuyn

PADDENPAD – VVD GLIBBERS 5

5 mrt

Het is als met de gecamoufleerde antisemiet die met nadruk beweert dat hij ‘ook joodse mensen als vriend heeft’. Dat weet je het wel. Ook mensen die bij herhaling zeggen dat ze het ‘echt menen’ en dat ze het ‘nu eens eerlijk zullen zeggen’: Hoedt u voor hen!

Wanneer zekere Minister Opstelten in de Tweede Kamer dezelfde groet gebruikt als die ooit Fortuyns kreet At you service! begeleidde, wordt het linke soep. In de Volkskrant van vandaag staat een foto van Opstelten die ik even verwarde met een portret van Fortuyn.

Minister at your service

Minister at your service

Zo zit ook in onze hoofden gegrift de bevestiging van de heer Opstelten, dat hij ‘de feiten’ aan de Kamer heeft gepresenteerd – in dit geval het feit van het ontbreken van welk feit dan ook. Geen documenten meer te vinden over het witwassen door Teeven van zwart misdaadgeld. Dit is volgens hem voor deze Kamer ook ‘een kwestie van vertrouwen’.

Nu is de hele wereld gebaseerd op vertrouwen. In geld, in bouwvakkers, in medeweggebruikers en ga maar door. Het moment waarop dit vertrouwen nadrukkelijk wordt beschaamd – zoals de afgelopen jaren door een indrukwekkende reeks VVDglibbers – loopt ook dat eerst nog vanzelfsprekende vertrouwen een deuk op, het vertrouwen in ‘de politiek’.

Trouwens, over vertrouwen gesproken. Vertrouw ik een advocaat, die beweert dat Opstelten loog over het met een door die advocaat vertegenwoordigde boef geschikte bedrag, en die zegt dat hij het zat is om door Opstelten voor leugenachtig te worden neergezet? Ja – een stuk meer dan Opstelten, die eigenbelang heeft bij het verbloemen van de door zijn underling Teeven ooit als Officier gesjoemelde afhandeling van die kwestie.

Dit misbruik van vertrouwen heeft de VVDtop bereikt. U weet wel, de partij met een integriteitcommissie. Die hebben ze daar echt nodig – overuren! Topglibber Opstelten heeft zoveel slijm achter zich gelaten, dat het hellend vlak waarop hij zich nu bevindt ervan glanst – een glijbaan. Een overzware pad met transpiratieproblemen.

Houdt hij zich staande – en met zichzelf ook maatje Teeven? De Volkskrant, steeds vaker van een glibberig journalistiek gehalte, weet hoe het zit. “Het lot van Opstelten en Teeven is in handen van hun eigen partij.”

Dan moet je wel hondsbrutaal zijn of stinkend stompzinnig, om zoiets op te kunnen schrijven. Maartje Bakker en Raoul du Pré schreven het [VK 5.3.15]. Het zal toch – hoop ik – de Tweede Kamer zijn die over het lot van onze twee padden gaat beslissen. Niet hun partij, de VVD.

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

MAURICE DE HONDS’ KLOTEN

21 jul

Opiniepeiler Maurice de Hond ging in de slag met ‘filosoof Hans Schnitzler’ (VK 21.7). Jammer dat ik het stukje van de filosoof niet las. Laat ik ervan uitgaan – riskant bij De Hond – dat wat er door hem over wordt gezegd er ook in stond.

Schnitzler heeft niet door waar het in de statistiek om gaat – om het bepalen van kansen dat iets wel of niet gebeurt. Dus beweerde hij dat statistiek alleen maar kijkt naar wat gemiddeld is, naar het klootjesvolk en hun mening.

De Hond haalt nu echter zijn eigen stereotype van stal. Schnitzlers mening is typisch zo’n misverstand van politici, old boys en gestudeerden. Erger nog: “Wantrouw de filosofen, negeer Schnitzler.”

De Hond gaat er prat op dat hij de “veenbrand van sociale onrust binnen bepaalde lagen al twintig jaar geleden signaleerdde. Die is niet ontstaan, zoals mensen als Schnitzler vaak zeggen, omdat Fortuyn onrust creëerde.”

Wie zei dit dan zo ‘vaak’? Ik neem aan dat De Hond doelt op de door hem al genoemde “politici, old boys, filosofen en mensen die een goede studie hebben gehad.” Ik ken echter zelf geen voorbeeld. Al mijn kennissen die zich hier mee bezig houden weten dat de Fortuyns van deze wereld van het onderaards gerommel slechts de seismograaf zijn.

Gelukkig studeerde ik behalve filosofie ooit ook statistiek en ik was er goed in. Inderdaad is – als het voorgaande klopt – deze Schnitzler een onbenul. Statistiek doet wat De Hond ervan zegt, en trouwens nog wel wat meer. Statistiek verwerkt gegevens die niet alleen betrekking hebben op het ‘klootjesvolk’, maar ook op intellectuelen, op boeren en buitenstaanders, op werkenden en niet-werkenden en op wie niet al. Anders was het geen statistiek. Het gaat daarbij om a-selecte steekproeven.

Waar het Schnitzler vast om te doen was, is het verschil tussen een statisticus en een opiniepeiler. Alleen maar opinies peilen heeft niet veel om het lijf. Wanneer de opiniepeiler ook nog eens statisticus is, kan hij op de juiste manier de verzamelde opinies wegen.

Een ander verhaal is het wanneer een politicus, bijvoorbeeld Wilders, door een bepaalde opiniepeiler enkele vragen laat stellen over bijvoorbeeld voorkeuren van mensen voor een snelheid van 140 km/u op de Vaderlandse wegen. Komt geen statistiek aan te pas. De opiniepeiler int zijn gage, Wilders haalt daaruit wat zijn doelgroep, wellicht ‘het klootjesvolk’, van die 140 km/u vindt. De volgende dag of zelfs die avond al scoort hij met een twittervoorstel.

Dat is geen misbruik van de opiniepeiler. Het is gewoon clever, wat je ook van de betreffende peiler of politicus mag vinden. Wat wel meer is dan een mening: De ‘filosoof Schnitzler’ mag wel eens een bimestertje statistiek gaan studeren. Of hij moet zich weg laten wegzakken in het klootjesvolk dat gepeild wordt. Zulke stukjes schrijven kan hij beter laten.

Daarbij ook dit. Waarom onderteken je een stukje over statistiek en opiniepeilen met vermelding van het vakgebied van de schrijver? Maakt de opinie er niet belangrijker door, toch?

21.7/12