Tag Archives: Obama

KRUISVAART, ISLAMITISCHE STAAT, SCHOLING

17 nov

Abdel Abaaoud, een spin in het kleine web dat haar terreurdraden over heel Parijs spande, is een clever baasje. Hij komt, staat en gaat waar en wanneer hij wil – een globe trotter van de zuiverste soort.

 

Hij is er ook van overtuigd dat zijn terreurstrijd gericht is tegen ‘de kruisvaarders die oorlog voeren tegen moslims’.  In ieder geval snoert hij met zo’n uitspraak onze malle Rutte de mond, die beweerde dat de terreuraanslagen niets te maken hebben met religie, met de islam. Afijn – de man bazelt wel vaker.

 

Probleem is natuurlijk wel dat ook Abaaoud bazelt. De gevechtvliegtuigen van divers nationaal pluimage die aanvallen uitvoeren tegen vestigingen van de Islamitische (non)Staat, hebben met kruisvaart niets te maken. Die proberen een stel van god losgeraakte agressieve engerds aan te pakken om – als dit lukt – het vrijgemaakte gebied weer achter te laten voor andere moslims.

 

Max Weber heeft destijds de vinger op de zere plek van de Islam gelegd. Hij constateerde dat het een religieuze ideologie van soldaten was. Muhammad zag zichzelf als “Boodschapper van God” en was een generaal die de Arabische manier van oorlog voeren revolutioneerde. Zijn leger was het eerste leger ooit, dat door een coherent ideologisch geloof werd gemotiveerd.

 

Na Mohammeds dood in 632 veroverden zijn opvolgers met dit type leger in slechts een eeuw, een historisch genomen korte periode, enorme gebieden. Op het hoogtepunt in de 8e eeuw omvatte het rijk Arabie, Syrië, Perzië, het huidige Pakistan, Egypte, Noord-Afrika en Spanje. Ze wisten zelfs tot diep in Frankrijk door te dringen. Uiteindelijk werden ze in 732 tot staan gebracht en trokken zich weer terug tot achter de Pyreneen.

Dit grote conflict met Europa transformeerde een van oorsprong pacifistisch christendom in een oorlogszuchtige variant. Kruisvaarders kwamen destijds ook om reeds door islamitische veroveraars ingenomen heilige christelijke plaatsen te herveroveren. Het blijft nuttig erop te wijzen dat dit christendom daar inderdaad ontstond – uit een joodse context en ver voor zoiets als islam het licht zag.

[Toegevoegd: Hans Achterhuis (VK 18.11) hanteert de volgende algemene stelling, zo niet dooddoener – tenslotte is hij volgens het onderschrift van zijn artikel ‘filosoof’: “Er heeft altijd een nauwe band tussen monotheisme en geweld bestaan.” Hoe zo ‘altijd? Zijn er geen historische ontwikkelingen? En belangrijker: is die verinderstelde eeuwige band tussen geweld en monotheisme voor elk van die monotheismen van dezelfde orde? Nee – dus.]

Dat ze tijdens de ksuisvaarten de zweep van interne Europese perikelen tussen keizers en pausen over zich kregen, doet niets af aan die doelstelling. Ook niet het feit, dat veel kruisridders op gewin uit waren, ginds in het Midden-Oosten, en zich daar vestigden. Handelaars volgden in hun kielzog om de handel met het Midden-Oosten te ontwikkelen. Dit laatste was niet de enige drijfveer voor deelname aan de ondernemingen – de kerk gaf deelnemers ook een volle aflaat. Maar: Het ging dus om het zielenheil van de kruisvaarders, niet om dat van de islamitische gelovigen die ginds woonden.

 

Kortom: Amerikanen, Fransen en Russen met hun vliegtuigen zijn geen kruisvaarders. De conclusie van een ongelovige als uw schrijvertje.

 

Misschien is het daarom zeer verstandig van Obama om geen grondtroepen op Syrisch grondgebied in te zetten; hij wil geen voeding geven aan het verhaal over ‘kruisvaarders’.

 

Misschien hebben al die goedwillende mensen in de voorsteden van Brussel, Parijs en andere steden wel gelijk: onderwijs, onderwijs, werk, werk. Wie jarenlang doelloos op straat hangt met een stickie tussen de lippen is allicht sneller overtuigd van Abdel Abaaouds onzin over ‘kruisvaarders’, dan iemand met kennis in het hoofd, een diploma op zak en zicht op een baan.

[Toegevoegd: Max Pam (Vk 18.11) merkt op dat we het niet moeten heben van onderwijs waar het de bestrijding van terreur betreft – hij weet dat ‘terroristenleiders vaak hoogeschooold zijn’. Daar gaat ie weer: ‘hooggeschoold’ – ook de meerderheid van Wilders’ volgelingen heet ‘hooggeschoold’. Dit betekent tegenwoordig niet veel meer dan een HBO opleiding voor een beroep – vaak een onnadenkende opleiding. Ook werd duidelijk dat de meeste terroristen inderdaad ‘hooggeschoold’ zijn, maar dan op die HBO manier en steeds in een ‘exact’ vak. Scholende opvoeding in twijfel en in het leren stellen van vragen is vreemd aan zowel die HBO als aan de islam waarin hermeneutiek niet gewenst is. Wat er in het heilige boek staat, staat er en is per se juist. Ik herhaal: scholing in zowel de taal van het nieuwe land als in leren nadenken i.p.v. alleen maar leren rekenen, zijn de aangwezen vormen voor een toekomst zonder terreur.]

17.11.15 Bezoek ook: sierksmatwee.wordpress.com

JOODS VOLK

4 mrt

Het houdt maar niet op – die irritante verwarring van ‘Israël’ en ‘Joods volk’.

Dit maal op het hoogste niveau. Netanyahu wordt als president van Israël uitgenodigd door de Republikeinse garde in de Amerikaanse Senaat, maar noemt zijn reis daarheen doodleuk “een historische missie”, hij beschouwt zichzelf als “de afgezant van het gehele Joodse volk.” [FD 3.3.15]

Hondsbrutaal – de Arabische ingezetenen, de christenen en de ongelovige Israëli worden geschoffeerd. Net zoals – iets dat ik al eerder aan de orde stelde – alle critici van de nederzettingenpolitiek, die weliswaar niet ‘anti-Israël’ zijn, maar zo weer het risico lopen om voor antisemiet te worden uitgemaakt – met de zegen van het opperhoofd van Israël.

Het stelt althans mijn geduld op de proef. Vroeger zou ik, om de zaak niet op de spits te drijven, zulke blogs niet geschreven hebben. Ik ben geen scherpslijper. Maar met provocateurs in het geweer als President Netanyahu moet je ten slotte wel.

De Republikeinse garde in de Senaat applaudisseerde zich suf voor de man. De Democraten bleven bij de speech van de Israëlische President grotendeels weg. Het leek er regelmatig op, alsof binnen de muren van Capitol Hill de Republikeinen bezig waren met een vervroegde verkiezingsbijeenkomst en per abuis Netanyahu versleten voor hun eigen Presidentskandidaat.

Opnieuw zo’n spagaat. Ik verafschuw de provocatie van de Boehners en consorten, maar tegelijk denk ik dat Netanyahu een deel van het gelijk aan zijn kant heeft. Iran is een tricky customer. Het zou wel eens kunnen zijn dat Obama’s tactiek niet de meest geschikte is om het strategische doel van een atoombomvrij Iran te bewerkstelligen.

Zoiets moet ik dus toegeven aan een etterbuil, die in godbetert andermans Senaat komt provoceren. Het wordt steeds lastiger om ergens voor of tegen te zijn…

Bevalt u dit blog, stuur het aan vrienden en kennissen

Bezoek ook mijn andere blog: sierksmatwee.wordpress.com

KERNKUNST

25 mrt

Een weldenkend mens weet ‘dat alles met alles samenhangt’. Hij weet echter ook dat je met zo’n uitspraak nog niks weet.

Waar het om gaat is hoe, wanneer, waar en waarom iets met iets samenhangt. Je kunt wel degelijk appels met citroenen vergelijken, bijvoorbeeld door het verschil in vruchtenhuid te bekijken. De vraagt is, of dat criterium in een bepaald situatie de moeite van een vergelijking waard is.

Obama ging even op bezoek bij Rembrandt – een ‘rustmoment’ voorafgaande aan de grote nucleaire top. Tegenwoordig is het woord ‘moment’ erg in: ‘fotomoment’, ‘moment voor jezelf’ et cetera. Het woord moment is momentaan in en verliest daarmee elke betekenis,

Directeur van het Rijks, Wim Pijbes, heeft Obama even bijgepraat – hem even de kernkwesties van de grote kunst uit de doeken gedaan. Hij legde de President “het verband uit tussen de Amerikaanse modernist Mark Rothko en de abstract geschilderde rode mouw op de Joodse Bruid van Rembrandt.” [VK 25.3.14]

Hoe gek kun je het krijgen!

Eerder al schreef ik een blog over een bespreking van het duo Auerbach en Rembrandt. In dit geval was de boosdoener niet Pijbes, maar journalist Kuiper: “Oké, Auerbachs ossenbloedrood is Rembrandts ossenbloedrood en het is grappig om te constateren dat de 17e-eeuwse meester frisser voor de dag komt dan de 20e-eeuwse bewonderaar…” Hoezo grappig? De aanpak van de tentoonstelling van twee niet te vergelijken kunstenaars werd door Kuiper verder onbesproken gelaten.

Louter omdat Nuclear Obama even langs kwam, haalt Pijbes een Amerikaanse schilder erbij. Diens doeken hebben niets te maken met die van Rembrandt, zijn daar alleen mee te vergelijken volgens criteria die esthetisch volstrekt irrelevant zijn.

Er zit natuurlijk wel een ‘R’ in beider namen: Rembrandt, Rothko. Dat bekt lekker. En gezien Obama’s smile ging het erin als koek. Nucleaire esthetica, zeg maar.

Waardeert u dit blog, verspreidt het via uw facebook, twitter of andere social media.
25.3.14

DIGITALE PARANOIA

18 jan

Al weer langer geleden begon ik in mijn omgeving een kruistochtje tegen allerlei vormen van samenzweringsenken. Zulke denken wordt gevoed door een vaak diepzittende paranoia, meestal in mensen die zelf te onnozel te zijn om te begrijpen waar het om gaat.

Bewegingen tegen inentingen – omdat ‘er iets engs in je lichaam gespoten wordt’. Weerkerende erupties van conspiracy-denken – wanneer een politicus onverwacht dood gaat, of gegevens niet beschikbaar zijn. Ook wanneer duidelijk wordt dat het niet om samenzweringen gaat, houden deze mensen daar strak en stijf aan vast.

Vanochtend betrapte ik me er op Obama’s rede over de NSA afluisterpraktijken zelf niet te geloven. Hij kondigde een gebufferde organisatie aan, waarin toegang tot de metadata ook voor de NSA zelf wordt bemoeilijkt. Dit zou volgens de president gaan werken.

‘Mijn neus’ dacht ik. Zijn die miljarden stukjes informatie eenmaal binnen, dan blijft er altijd wel een extra opslagplaats bestaan – ergens, direct toegankelijk voor de verzamelaars van de NSA. De regels staan dit niet meer toe, maar het is digitaaltechnisch onwaarschijnlijk dat het niet gebeurt. Het gaat ook in tegen het doel van de hele onderneming.

Nog een nummer ‘Privé/Publiek’. Eerder schreef ik al over het tedere scherm tussen privaat en openbaar dat in onze postmoderniteit wordt neergehaald. Zonder dat scherm vervalt een beschaving. De postmoderne ‘ziel’ is poreus – staat open voor elke infiltratie van buiten af. Er vindt steeds vaker een kortsluiting plaatst tussen ‘media’ en ‘mens’.

2014 is een droef jaar. Het markeert het einde van wat ik altijd groots vond aan de Franse cultuur. Wat een politicus daar in bed doet, daar heeft niemand anders iets mee te maken. Had niemand anders iets mee te maken…

Opeens is het hek van de dam. Eén blaadje roddelt over een ‘affaire’ van Hollande, een week later is het een mediaspektakel geworden. De president aan wie toch al zoveel Franse een hekel hebben, kan eindelijk bengelen.

Mijn stukje Maîtresse, dat zo’n vijftien jaar geleden werd geschreven – u vindt het hieronder – kondigt onverhoopt aan wat er nu gebeurt, zij het nog gehuld in een mantel van sociologisch optimisme. Kan ik nog wel terug naar Frankrijk, waar ik zo’n half jaar woon?

18.1.14
Waardeert u dit blog, verspreidt het via uw twitter, facebook of andere social media!

MAÎTRESSE

Aan de periferie van de subliem gelegen citadel van het Franse Loches ligt het Logis Royal. Daar sliep – soms niet alleen – vorst Charles VII. Zijn favorite heette Agnès Sorel, ze werd in 1422 geboren. Op zich is dit niet het schrijven of het lezen van dit stukje waard. Waar ter wereld zijn er geen liefdesfavorieten! Maar Agnès droeg als eerste vrouw in de geschiedenis de officiële titel van Maîtresse du Roi. Dat is niet mis.

Bij die titel hoorde geen insigne. Om dat op te kunnen spelden droeg ze te weinig kleding. Een portret toont haar met een boek in de hand, een vinger tussen niet nader aangeduide bladzijden. Het linker bovendeel van de jurk valt open. Zonder gêne, ook zonder een zweem van pornografie, toont deze verheven Agnès haar bleke prachtborst. Daaronder gaat haar hart schuil. Openvallend rijgwerk van de japon suggereert dat meer zal volgen. Ze schitterde kort, gedurende maar achtentwintig jaren.

DSCF5325
Agnès Sorel

Zonder twijfel hing het fenomeen van de maîtresse samen met het toen veel voorkomende burgerlijke en adellijke verstandshuwelijk. Paren vonden elkaar vaak niet zelf – ouders bekokstoofden hun vereniging. Zo voegden ze bedrijven en landerijen samen. Soms werd een vrouw van lagere komaf met een grote bruidschat uitgehuwelijkt aan een chique man wiens familiebezit dreigde te ruineren. Het huwelijk van de verarmde Marquis de Sade uit de noblesse d’épée met een rijke Cordier de Montreuil uit de tweederangs noblesse de robe is een pikant voorbeeld.

Tenzij de gedwongen paring alsnog tot een hechte band voerde, dreven zulke paren vanzelf richting minnaars en minnaressen. Vandaag sluit ook ongedwongen liefde van een echtpaar dit niet meer uit. In Frankrijk bleef de maîtresse een instituut dat van de hoge sfeer van vorsten afdaalde naar gewone, burgerlijke rangen. Mitterand trof aan zijn graf twee vrouwen die hij tegelijk minde, elk met zijn kinderen. De vrouwen wisten van elkaar, niemand sprak er schande van.

Inmiddels proberen allerlei flufjuffen – zogeheten ‘sterretjes’ – deze institutie eigenhandig om zeep te helpen. In de boulevardpers halen ze de zweep over escapades van hun echtgenoten. Sociologie moeten ze gaan studeren! Echte instituties verdwijnen niet door individuele willekeur. Hun openlijke tentoonstelling van clichématig liefdesverdriet heeft te maken met het postmoderne verval van het ooit zo tedere scherm tussen publiek en privé, niets echter met het beweerde einde van ‘de maîtresse’ – in Frankrijk of elders.

Deze kleine narcisten met hun krokodillenhart vergeten dat verschillende woorden vaak verwijzen naar verschillende zaken. Een ‘maîtresse hebben’ is niet hetzelfde als ’overspel plegen’. De maîtresse heeft een sociaal gedefinieerde status – haar bestaan is bekend bij echtgenoot en echtgenote Een overspelige wordt ‘betrapt’ – bij een maîtresse is zoiets uitgesloten. Evenals bij een maître waarvoor geen aparte naam bestaat. Die verontwaardiging van teleurgestelde, bedrogen sterretjes heeft daar dus niets mee te maken.

Iedere triade, elk kwartet van echtgenoten, maître en/of maîtresse definieert hun eigen genegenheid, liefde, lust en jaloezie. Een institutie levert wel het repertoire – niet de opvoering van het stuk.

1999

FILOSOFIE VAN HET BOUDOIR

28 okt

Niets komischer, dan het moment waarop iets ‘vriendschap’ wordt genoemd, terwijl het dit nooit was en het dit nimmer zou kon zijn.

Vrienden – dat zijn steeds twee of meer mensen. En dan nog moet je voorzichtig zijn om niet in de semantishe val van de angelsaksen te trappen. Die noemen zo wat elke willekeurige kennis een ‘vriend’. Hun eigen woord ‘acquaintance’ gebruiken ze maar mondjesmaat.

In Europa is het onderscheid tussen een kennis en een vriend veel scherper. Het heeft er mee te maken, dat de verhuisquote in Amerika zoveel hoger ligt dan hier. Na tien jaar is de lijst van ‘vrienden’ achter in de agenda volledig veranderd…

Landen kunnen geen vrienden zijn. Hooguit in de bijvoeglijke of bijwoordelijke zin van het woord: ‘vriendschappelijke betrekkingen’ en zo. Merkel zei nu, naar aanleiding van haar door de Amerikanen afgeluisterde GSMetje – “Ik geloof dat de VS wel wat vrienden in deze wereld kunnen gebruiken.” Tja.

Misschien zijn Obama en Merkel wel vriendjes. Moet kunnen. Dan geldt helemaal het ‘sub rosa’ – wat de gelieven, verstrengeld onder de rozenstruik – elkaar vertellen, komt daar niet onder vandaan. Dit is de filosofie van het boudoir, weer iets anders dan de filosofie in het boudoir van De Sade. Al heeft dat hele afluisteren ook iets sadistisch, geen twijfel.

Echt komisch is de verwoording van een spagaat waaruit men weer rechtop probeert te komen. “De EU-leiders willen met de VS afspreken op welke manier en in welke mate Europese en Amerikaanse veiligheidsdiensten op elkaars grondgebied mogen spioneren. Een verbod op spionage is niet aan de orde…” [VK 26.10/13] De definitie van een dilemma: de stier die op je afstormt, je gaat naar links en de linker hoorn spietst je, je gaat naar rechts en de rechter doet ‘t…

Als ‘vrienden’ spreken staten af hoe ze elkaar mogen bespioneren – en in welke mate. Zeker nog nooit een spionageroman gelezen.

26.10/13

SHOCK EN EMOTIES

15 dec

We leven in tijden waarin taal de klos is.

Voorpagina van NRCWeekend: “Amerikanen in shock na schietpartij.”

Dat steeds meer mensen zich sterker geraakt voelen door iets wat dichterbij gebeurd in plaats van in ‘Verweggistan’, zoals de volkse uitdrukking het wil, is bekend. Dat heb ik nooit gesnapt – vind ik iets erg, dan vind ik het erg omdat et erg is, niet omdat het mijn buurman betreft.

Geschift is het natuurlijk van de journalist wanneer hij alle Amerikanen een shock toeschrijft ten gevolge van een schietpartij ergens in dat enorme land. Lees even mee in Wikipedia:

“Een shock is een acute levensbedreigende toestand waarbij de druk in de bloedvaten te laag is om de vitale lichaamsfuncties in stand te houden. De doorbloeding en dus de zuurstofvoorziening van het hart, de hersenen en andere organen komen hierdoor in het gedrang wat snel resulteert in het afsterven van cellen. De klassiek geneeskundige definitie van het begrip luidt: Shock is een syndroom, dat gekarakteriseerd wordt door een vermindering van de effectieve capillaire weefselperfusie, met daardoor een verstoring van het celmetabolisme.”

Ook heet binnen in dit katern Obama ‘door emoties overmand’. Niet te harden dat woord ‘emoties’ – enkelvoud dan wel meervoud. Iemand heeft verdriet. Iemand is kwaad. Iemand voelt zich even gelukkig. En ga maar even door. Maar ‘overmand door emoties’… Door alle emoties tegelijk. Bullshit! U weet wel, EUROSPORT – All sports,  all emotions…

 

15.12/2012